Present Simple Quiz
1 / 24
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Wat gebeurt er met werkwoorden die eindigen op een -S klank bij HE/SHE/IT?
(kiss, bus...)
(kiss, bus...)
Slide 6 - Question ouverte
Hoe veranderen werkwoorden die op een medeklinker + -y eindigen bij HE/SHE/IT?
(worry, marry...)
(worry, marry...)
Slide 7 - Question ouverte
Hoe veranderen werkwoorden die eindigen op een -o bij HE/SHE/IT?
(do, go)
(do, go)
Slide 8 - Question ouverte
He ..... (call) me.
A
call
B
calls
C
calling
Slide 9 - Quiz
He ..... (go) to the bus station.
A
go
B
goes
C
gos
Slide 10 - Quiz
We often ........... (talk) about or holiday.
A
talk
B
talks
C
talking
Slide 11 - Quiz
It .......... (start) in 10 minutes.
A
start
B
starts
C
starting
Slide 12 - Quiz
She .......... wash) herself.
A
wash
B
washes
C
washs
Slide 13 - Quiz
He ....... in the park. (walk)
Slide 14 - Question ouverte
She ..... English. (teach)
Slide 15 - Question ouverte
The baby ..... . (cry)
Slide 16 - Question ouverte
I ..... at the party. (dance)
Slide 17 - Question ouverte
She ..... her boyfriend. (kiss)
Slide 18 - Question ouverte
She .... a pretty girl (to be)
A
am
B
are
C
is
Slide 19 - Quiz
She ... a pretty girl (to be)
Slide 20 - Question ouverte
Wat zijn de vormen van 'to be'?
Slide 21 - Question ouverte
Ik snap de present simple
A
helemaal
B
voor het grootste gedeelte
C
een beetje
D
helemaal niet
Slide 22 - Quiz
Wat heb je nodig om jezelf te verbeteren?
A
Niets, ik ben klaar voor de toets
B
extra uitleg docent
C
Online oefenen met 'Slim Stampen'
D
extra opdrachten op papier
