2Havo §9.2 Vergelijkingen oplossen met de Balansmethode

9.2 Vergelijkingen oplossen
Deze les ga je zelfstandig aan het werk!
18 maart
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

9.2 Vergelijkingen oplossen
Deze les ga je zelfstandig aan het werk!
18 maart

Slide 1 - Diapositive

Lesdoel

In deze les ..


.. leer je om een vergelijking op te lossen met de balansmethode.






Slide 2 - Diapositive

Tip van de week!

Zorg dat je goed luistert naar de uitleg.

Maak aantekeningen van datgene wat belangrijk is. 




Slide 3 - Diapositive

Vk Lineaire formule
y = 3 x + 8         y = 3 - 9 t
Hellingsgetal

Het getal voor de variabele x.

Het hellingsgetal is de vaste toename of afname bij een stap van 1.

Stapgrootte.



Startgetal

Het getal waar de grafiek op de verticale as begint.

Het getal in de tabel onder de waarde 0.

Begingetal



Slide 4 - Diapositive

Formule of vergelijking
Formule  (berekenen)
Een formule heeft 2 of meer verschillende variabelen. 
Bijvoorbeeld: y = 3 x + 4

Vergelijking   (oplossen)                                                                Een vergelijking heeft 1 variabele. 
Bijvoorbeeld: 3 x + 4 = 10                                                





Slide 5 - Diapositive

9.2 Vergelijkingen oplossen
Bordjes methode (vorig schooljaar)



Balansmethode (nu)                                                                                                                 





Dit kan alleen als je aan een kant van het = teken een variabele hebt staan!
71 = 6q+32

Slide 6 - Diapositive

9.2 Vergelijkingen oplossen
Vergelijking oplossen met de balansmethode! 
Welke waarde heeft q?   

       71 = 6 q + 32
    
   

Slide 7 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode! 
Welke waarde heeft q?   

       71 = 6 q + 32
     -32          -32

   

Slide 8 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode! 
Welke waarde heeft q?   

       71 = 6 q + 32
     -32          -32
      39 = 6 q 

   

Slide 9 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode! 
Welke waarde heeft q?   

       71 = 6 q + 32
     -32          -32
      39 = 6 q 
      : 6    :6
     
   

Slide 10 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode! 
Welke waarde heeft q?   

       71 = 6 q + 32
     -32          -32
      39 = 6 q 
      : 6    :6
      6,5 =              
   

Slide 11 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode! 
Welke waarde heeft q?   

       71 = 6 q + 32
     -32          -32
      39 = 6 q 
      : 6    :6
      6,5 =                 Dus q = 6,5  
   

Slide 12 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
    
   

Slide 13 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
 -5m          -5m
  
   

Slide 14 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
 -5m          -5m
 -7 m - 18 =     17
   
   

Slide 15 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
 -5m          -5m
 -7 m - 18 =     17
        + 18      + 18 
  

Slide 16 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
 -5m          -5m
 -7 m - 18 =     17
        + 18      + 18 
   -7 m     =     35
  
   

Slide 17 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
 -5m          -5m
 -7 m - 18 =     17
        + 18      + 18 
   -7 m     =     35
      : -7             :-7
            
   

Slide 18 - Diapositive

Balansmethode
Vergelijking oplossen met de balansmethode!  Welke waarde heeft m?
 -2 m - 18 = 5 m + 17
 -5m          -5m
 -7 m - 18 =     17
        + 18      + 18 
   -7 m     =     35
      : -7             :-7
           m = -5      
   

Slide 19 - Diapositive

Oplossen van een vergelijking
Stap 1  Noteer de vergelijking.
Stap 2 Vereenvoudig beide kanten van het =-teken.
Stap 3 Los op met de balansmethode.
Stap 4 Geef antwoord op de vraag.
Stap 5 Controleer je antwoord (vul de variabele in).








Slide 20 - Diapositive

Aan de slag
Maken: H9.2 Kies je leerroute

Maak bij 11 en 13 steeds de laatste 3 opgaven, kijk de opgave na en maak bij fouten de hele opgaven.

Kijk je werk na en verbeter dit met een andere kleur!!

timer
20:00

Slide 21 - Diapositive

Exit ticket
Los de vergelijking op:
7 - 2(q+5) = 5(q-3) - 3q
timer
3:00

Slide 22 - Diapositive

Exit ticket - antwoord
Los de vergelijking op:
7 - 2(q+5) = 5(q-3) - 3q
7 - 2q - 10 = 5q - 15 - 3q
-4q=-12
q=3

Slide 23 - Diapositive