Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Fase 1, SUB-les leestekens en tekens bij woorden
Fase 1
SUB-les
leestekens en tekens bij woorden
1 / 30
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
30 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
45 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Fase 1
SUB-les
leestekens en tekens bij woorden
Slide 1 - Diapositive
Een punt gebruik je...
...om een zin af te sluiten.
...bij sommige afkortingen:
‘Mag ik die toets z.s.m. doen?'
Slide 2 - Diapositive
Geen punt bij...
apk, gsm
afkortingen van maten en gewichten:
3 m (meter), 10 kg (kilogram)
Slide 3 - Diapositive
De komma...
in opsommingen
Een goede thuishulp is verzorgende, verpleegkundige, psychiater en hulp in de huishouding tegelijk.
tussen twee persoonsvormen
Als ik dat wist, zou ik het wel zeggen.
Slide 4 - Diapositive
De komma...
voor voegwoorden
Ik houd van sporten
, maar
niet van de spierpijn die ik er soms van krijg.
De uitslag van het examen was belangrijk
, want
het betrof een toelatingsexamen.
Let op: is de zin korter dan 10 woorden? Dan geen komma.
Slide 5 - Diapositive
Welke zin is goed geschreven?
A
Kunt u mij a.u.b. helpen?
B
Kunt u mij aub helpen?
Slide 6 - Quiz
Welke zin is goed geschreven?
A
We liepen samen naar buiten .
B
We liepen samen naar buiten.
C
We liepen samen naar buiten
Slide 7 - Quiz
Waar is 3 meter goed afgekort?
A
3 m
B
3 m.
Slide 8 - Quiz
Welke zin is goed geschreven?
A
Ik houd van patat, pannenkoeken en pizza.
B
Ik houd van patat pannenkoeken en pizza.
Slide 9 - Quiz
goed
fout
Morgen kijken we er nog eens naar, zodat we het beter gaan onthouden.
Hij wilde gaan slapen omdat hij moe was.
De vrouw gaf les aan haar kinderen terwijl ze ondertussen het huishouden deed.
De jongen deed mee, maar slaagde niet.
Slide 10 - Question de remorquage
Het vraagteken...
Na een vraag:
Heeft iedereen een brief gekregen?
Maar niet:
Ik vraag me af of iedereen een brief heeft gekregen.
Slide 11 - Diapositive
Het uitroepteken...
...na een bevel:
Hou daar onmiddellijk mee op!
...na een uitroep:
Wat erg!
Werkstuk of verslag? Probeer het uitroepteken te vermijden.
Slide 12 - Diapositive
De dubbele punt...
...na een aankondiging van een opsomming
Dit zijn mijn kwaliteiten: gastvrij, behulpzaam en stressbestendig.
...om een citaat aan te kondigen
Toen zei mijn begeleider: ‘Jammer, volgende keer beter!’
...voor een uitleg
Zo bedien je de oven: …
Slide 13 - Diapositive
Aanhalingstekens...
...bij een citaat
Mijn begeleider zei: ‘Volgende keer beter!’
...als je een woord ironisch bedoelt
Wat een ‘geweldige’ begeleiding heb ik gehad.
...als het om het woord of de groep woorden zelf gaat
In deze stage heb ik echt geleerd wat ‘hard werken’ inhoudt.
Slide 14 - Diapositive
Welke zin is goed geschreven?
A
De man zei 'Hoe gaat het?'
B
De man zei: 'Hoe gaat het?'
Slide 15 - Quiz
Wat is goed geschreven?
A
Dit kan ik goed: gamen, sporten en slapen.
B
Dit kan ik goed gamen, sporten en slapen.
Slide 16 - Quiz
Wat is goed geschreven?
A
Stop daar eens mee.
B
Stop daar eens mee?
C
Stop daar eens mee!
Slide 17 - Quiz
Wat is goed geschreven?
A
Ik vraag me af of dit goed is geschreven.
B
Ik vraag me af of dit goed is geschreven?
Slide 18 - Quiz
apostrof
+s bij meervoud en bezit
(na een a, o, i, u, y)
agenda's, logo's, tosti's, Danny's auto, Otto's jas
bij bezit
Bas' fiets, Max' vriendin
Let op geen apostrof: Sannes huis, Jeroens vriend
Slide 19 - Diapositive
apostrof
bij weglating
('s = des)
's middags, 's-Gravenhage
bij afkortingen van cijfer- en letterwoorden
mbo'er, A4'tje, cc'en
Slide 20 - Diapositive
trema
Om aan te geven dat je de letter apart uitspreekt.
België, officiële, kopiëren, knieën, ideeën
Slide 21 - Diapositive
accent
Lang /
café, privé, hé
Kort \
scène, blèren, ampère
Klemtoon
Ik wil dát boek hebben!
Het duurt ééuwen voor je aan de beurt bent.
Slide 22 - Diapositive
weglatingsstreepje
voor- en nadelen
eet- en drinkgedrag
woensdag- en donderdagochtend
in- en uitrijden
voor- en achterkant
Slide 23 - Diapositive
Welk woord is goed geschreven?
A
café
B
cafè
C
cafee
D
kavé
Slide 24 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
Max's verjaardag
B
Maxs' verjaardag
C
Max' verjaardag
D
Max verjaardag
Slide 25 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
s' morgens
B
's morgens
C
smorgens
Slide 26 - Quiz
Wat is goed geschreven?
A
voor en nadelen
B
voor- en nadelen
C
voorennadelen
D
voordelen en na-
Slide 27 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
mbo'er
B
mboer
C
mbo-er
D
mbo-ér
Slide 28 - Quiz
Welk woord is goed geschreven?
A
scéne
B
scêne
C
scene
D
scène
Slide 29 - Quiz
goed
fout
in en uitrijden
België
A4'tje
s' ochtends
agendas'
Jos' moeder
voor- en achterkant
Slide 30 - Question de remorquage
Plus de leçons comme celle-ci
Hoofdletters, leestekens en verkleinwoorden
September 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
THc toetsvoorbereiding
September 2023
- Leçon avec
37 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 1
1DEF Hoofdletters, Bijvoeglijk naamwoord en verkleinwoorden
June 2024
- Leçon avec
45 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
Fase 3, (fase 2 bekwaam) periode 2 les 2 hoofdletters en interpunctie
November 2022
- Leçon avec
29 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 3
Fase 1, tekens (herhaling) en meervoud
January 2023
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
De brug blz. 260
February 2024
- Leçon avec
25 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Oefentoets Spelling
March 2024
- Leçon avec
34 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
Taalactief T5, L10 G7
January 2024
- Leçon avec
19 diapositives
Taal
Basisschool
Groep 7