Klare taal les 32 - Voltooide Tijd

Klare taal les 32 - Voltooide Tijd
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2ISK

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Klare taal les 32 - Voltooide Tijd

Slide 1 - Diapositive

Wat is voltooide tijd?

Slide 2 - Question ouverte

Les 32 - Voltooide tijd
Voltooid = iets is al gebeurd, het is klaar. 
Ik woon in Nederland - Vroeger heb ik in Syrië gewoond

Je gebruikt de voltooide tijd als je informatie geeft over vroeger. 

Slide 3 - Diapositive

Regels
Je maakt de voltooide tijd vaak met het werkwoord hebben
En je gebruikt bij het werkwoord vaak 'ge'. 
Wij hebben gewoond.

Als je niet hebben gebruikt, gebruik je zijn
Zijn: beginnen, blijven, komen, gaan, worden en zijn.

Slide 4 - Diapositive

Spelling van het voltooid deelwoord
Een voltooid deelwoord begint vaak met -ge en eindigt op de d of t. 
We gebruiken hiervoor een speciale regel. 

Slide 5 - Diapositive

Een belangrijke regel is 'soft ketchup'.
Wat is dit?

Slide 6 - Question ouverte

Soft Ketchup
  1. Wat is het hele werkwoord? (maken)
  2. Haal van die hele werkwoord 'en' af of schrijf de stam. (maak)
  3. Eindigt dit woord met een letter uit soft ketchup? (laatste letter is k)
  4. Ja? Dan schrijf je een 't' (maakt)
  5. Nee? Dan schrijf je een 'd' 
  6. Plak als laatste -ge voor het woord. (gemaakt

Slide 7 - Diapositive

Maak een voltooid deelwoord van
zeggen

Slide 8 - Question ouverte

Maak een voltooid deelwoord van
dromen

Slide 9 - Question ouverte

Maak een voltooid deelwoord van
luisteren

Slide 10 - Question ouverte

Maak een voltooid deelwoord van
fietsen

Slide 11 - Question ouverte

Soft Ketchup 
Deze regel is alleen voor regelmatige werkwoorden. 
Wat zijn onregelmatige werkwoorden?


Slide 12 - Diapositive

Spelling scheidbare werkwoorden
Wat zijn scheidbare werkwoorden?

Slide 13 - Diapositive

Spelling scheidbare werkwoorden
Bij het voltooid deelwoord van een scheidbaar werkwoord komt -ge tussen het eerste en het tweede deel. 

Schoonmaken - schoon / maken - hebben schoongemaakt
X niet: geschoonmaakt X

Opruimen - op / ruimen - ...?

Slide 14 - Diapositive

Spelling voltooid deelwoorden
Werkwoorden die beginnen met:
-er / -her / -ver / -ont / -be / -ge
krijgen bij het voltooid deelwoord geen 'ge'. 

De docent heeft de grammatica herhaald. (niet geherhaald)
Wie heeft dat verteld? (niet geverteld)

Slide 15 - Diapositive

Onregelmatige voltooid deelwoorden
Onregelmatige voltooid deelwoorden zijn de woorden die niet de regel 'soft ketchup' volgen. 
Deze woorden eindigen niet op d of t maar op -en. 

De kinderen hebben gelachen.
Mijn ouders zijn gescheiden.
Onregelmatige woorden moet je altijd uit je hoofd leren.

Slide 16 - Diapositive

Wat gaan we nu doen?

Opdrachten maken over voltooide deelwoorden. 
Volgende week vrijdag gaan we dat samen nakijken. 

Klaar? Zelfstandig aan het werk met NUMO of TaalCompleet

Slide 17 - Diapositive