Mens en maatschappijMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1
Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 80 min
Éléments de cette leçon
Wat gaan we doen?
Uitleg
Herhaling.
Video.
Slide 1 - Diapositive
Quizlet
Er staat een linkje op magister.
timer
5:00
Slide 2 - Diapositive
Wat was de wisselbouw?
A
Ze bouwden verschillende huizen achter elkaar.
B
Huizen waren allemaal verschillende gebouwd, zodat mensen weten wat hun huis is.
C
De grond werd opgedeeld in drie verschillende vlakken en ieder jaar werd er gewisseld van stuk.
D
Een nieuw soort ploeg
Slide 3 - Quiz
Wat is een landbouw-stedelijke samenleving?
A
De ene helft van de mensen werkt in de stad en de andere helft werkt als boer op het land. Ze hebben elkaar niet nodig.
B
De ene helft van de mensen werkt in de stad en de andere helft werkt als boer op het land. Ze hebben elkaar nodig.
Slide 4 - Quiz
A. De schout was een soort van burgemeester en zorgde ervoor dat de straffen werden uitgevoerd. B. De schepenen waren de rechters en spraken de straffen uit.
A
A is waar en B is waar.
B
A is niet waar en B is waar.
C
A en B zijn niet waar.
D
A is waar en B is niet waar.
Slide 5 - Quiz
Wat zijn stadsrechten?
A
De regels van een stad.
B
Zo noem je de rechters in een stad.
C
Hiermee konden de burgers hun eigen stad besturen.
Slide 6 - Quiz
Waarom gingen mensen dichtbij een stad wonen.
A
Dit zorgde ervoor dat ze minder ver hoefden te reizen voor voedsel en spullen.
B
Vonden ze gewoon handig.
C
Omdat de mensen op de markt zo beter konden verdienen.
Slide 7 - Quiz
Wat is een ambacht?
A
Deze gebruikt de smid om zwaarden te smeden.
B
Een beroep waarbij je extra hard moet werken.
C
Een beroep waarbij je voornamelijk met je handen werkt.
Slide 8 - Quiz
Wat is de burgerij?
A
Zo noem je alle burgers in een stad bij elkaar.
B
Deze mensen werkten als een soort slagers in de stad.
C
Een ander woord voor het stadsleger.
Slide 9 - Quiz
Hoe beschermden de burgers zichzelf?
Slide 10 - Question ouverte
Wat betekent het aanbod van producten en wat betekent de vraag naar producten?
Slide 11 - Question ouverte
Hoe zat het ook maar weer....
Door welke twee uitvindingen werd de landbouw verbeterd?
Wat zijn stadsrechten?
Hoe beschermden de stadsbewoners zich?
Wat is een ambacht? Noem een voorbeeld.
Wat is een landbouw-stedelijke samenleving?
Wat is de burgerij?
Wie was de schout en wie waren de schepenen? Wat was hun taak?
Wat is het aanbod en wat is de vraag?
Slide 12 - Diapositive
In welk tijdvak zitten we nu en welke jaartallen horen daarbij?