Woensdag 14/06/2023

• Engels
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Today

• Upcoming tests
• Grammar: Adverbs
• Work on your planner/practise with grammar

Upcoming tests

Volgende week vrijdag (23/06):

Deel 1: 

- Writing: Persoonlijke brief

- Met spiekbriefje!

Deel 2:

- Grammar: All grammar of Unit 4, 5, 6

Adverbs of place

Woorden die iets zeggen over een plaats

Aan het einde van de zin

They went shopping at the mall. 

Adverbs of time

Woorden die iets zeggen over een tijd

Aan het einde van de zin - He came home at 11 P.M.

Of 

Aan het begin van de zin (met nadruk) - At 11 P.M., he finally came home. 

Adverbs of frequency

Woorden die iets zeggen over hoe vaak iets gebeurt

Voor het hoofdwerkwoord - I usually walk to school

of

Na een vorm van to be - He is always late for school

Adverbs of manner

Woorden die iets zeggen over hoe je iets doet of hoe erg iets zo is

1. voor het bijwoord of bijvoeglijk naamwoord waar het iets over zegt 

That's a really expensive bike.

The battery charges really fast.

2. aan het eind van de zin

The students work hard. 

3. voor het hoofdwerkwoord

They quietly listened to the teacher.

Wat voor adverb staat er in de zin?
That project was <really> difficult.

1. place
2. time
3. frequency
4. manner

Wat voor adverb staat er in de zin?
I'll meet you <at the supermarket>.

1. place
2. time
3. frequency
4. manner

Wat voor adverb staat er in de zin?
They <quietly> left the room.

1. place
2. time
3. frequency
4. manner

Wat voor adverb staat er in de zin?
He <never> leaves his room.

1. place
2. time
3. frequency
4. manner

Wat voor adverb staat er in de zin?
I woke up in a bad mood <this morning>.

1. place
2. time
3. frequency
4. manner

Work on ex. §6.2: 7, 8, 9

Done? Ask your teacher for a worksheet to practise for the grammar test