Les 51 (05-06)

Cours du 18 juin
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Cours du 18 juin

Slide 1 - Diapositive

Programme
  • Presentie
  • Lesdoelen
  • Herhalen 
      - Ontkenningen
  • Au travail!
  • Devoirs


Slide 2 - Diapositive

Lesdoelen
Na de les...

...weet je hoe je de ontkenning en het stellen van vragen moet toepassen.

Slide 3 - Diapositive

Paragraaf D: de ontkenning
Weet je nog?

Je vertaalt niet of geen in het Frans met de twee woorden 'ne...pas'. 'Ne' staat voor de persoonsvorm (altijd een werkwoord) en 'pas' staat er achter

1. Je ne fais pas de ski. 
2. Je n'ai pas fait de ski.
3. Je ne vais pas faire le ski.

Waarom n' en niet ne in zin 2?

Slide 4 - Diapositive

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Maak de volgende zin op een manier vragend. Gebruik geen vraagwoorden zoals comment, pourquoi, etc.

Elle a acheté un chien, hier.

Slide 5 - Question ouverte

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Maak de volgende zin op een manier vragend. Gebruik geen vraagwoorden zoals comment, pourquoi, etc.

Nous avons visiter l'hôpital.

Slide 6 - Question ouverte

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Maak de volgende zin op een manier vragend. Gebruik geen vraagwoorden zoals comment, pourquoi, etc.

Thomas et Julie font du sport 3 fois par semaine.

Slide 7 - Question ouverte

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Gebruik een vraagwoord.

______ elle boit 2 litre d'eau? Parce qu'elle aime l'eau.

Slide 8 - Question ouverte

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Gebruik een vraagwoord.

______ tu vas à la piscine? Je prends le bus.

Slide 9 - Question ouverte

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Gebruik een vraagwoord.

______ de fois vous allez au club de sport? Nous allons deux fois par semaine.

Slide 10 - Question ouverte

Laten we eens kijken wat jullie nog weten:
Zet de woorden weer in de juiste volgorde.

? - quand - en vacances - il - est-ce qu' - part


Slide 11 - Question ouverte

Les interrogations avec et sans mot interrogatif
In het Frans stellen ze vragen door achter een normale zin een ? te zetten: 
- een vraagteken achter : Tu es en forme?

Maar de meest gebruikte manier in Frankrijk, om een zin vragend te maken is het zinsdeel 'est-ce que' er voor te zetten:
Est-ce que tu es en forme? 

Net zoals l', n' en j', verdwijnt ook de 'e' uit 'que' en verandert naar qu' voor een klinker of stomme h:
- Est-ce qu'il est malade?

Slide 12 - Diapositive

Met en zonder vraagwoorden
Je kunt de vraagzinnen opdelen in twee categorieën:
- Vraagzinnen zonder vraagwoorden.
- Vraagzinnen met vraagwoorden. 

Deze vraagzinnen kun je per categorie op 2 manieren vragend maken. 

Slide 13 - Diapositive

Zonder vraagwoorden:
- Zet er een vraagteken achter:
  Tu manges bien?
  Tu fais du sport trois fois par semaine?

- Zet de woord combinatie 'est-ce que' 
  vooraan in de zin:
  Est-ce que tu manges bien?
  Est-ce que tu fais du sport trois fois par 
  semaine?
Met vraagwoorden:
- Zet het vraagwoord (meestal) vooraan in 
  de zin en zet er een vraagteken achter:
  Comment tu manges bien?
  Pourquoi tu fais du sport trois fois par semaine?

- Zet 'est-ce que' er tussen:
  Comment est-ce que tu manges bien?
  Pourquoi est-ce que tu fais du sport trois fois   
  par semaine?

Slide 14 - Diapositive

Let op!
'Est-ce que' werkt net zoals de l', de n' en de j'. Of te wel: de 'e' van 'que' verdwijnt zodra er een woord met een klinker of stomme h volgt:

Est-ce qu'il est sportif?
Pourquoi est-ce qu'elle est malade?
Est-ce qu'Anna mange bien?

Slide 15 - Diapositive

Zinsvolgorde 'est-ce que'
In een zin zonder vraagwoord komt 'est-ce que' altijd voor in de zin. 
- Est-ce que nous sommes en bonne santé?

In een zin met vraagwoord komt 'est-ce que' vaak als tweede element in de zin. Vaak na het vraagwoord.
- Qui est-ce que manges beaucoup de légumes?

Slide 16 - Diapositive

Au travail! -Eigen werktijd
Jullie hebben nu de kans om zelf aan de slag te gaan met de volgende opties:
- Werkblad vragen stellen
- Tâche: stripverhaal (laatste les)



Klaar?
Leer dan alle woordenlijsten van chapitre 5 op Slim Stampen. 

timer
25:00

Slide 17 - Diapositive

Les devoirs
Leerstof toets

Maken en inleveren:
- Stripverhaal.



Slide 18 - Diapositive