VPTT 2A p 3 Ademhaling + zuurstof toedienen (eigen les Tanja)

Ademhaling + 
zuurstof toedienen
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Ademhaling + 
zuurstof toedienen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Slide 12 - Vidéo

Zuurstof is een gas dat in de lucht zit,
maar je kunt de zuurstof niet zien.
Zuurstof kun je niet zien, omdat het:
A
wit van kleur is.
B
een kleurloos gas is.
C
een reukloos gas is.
D
niet kan branden.

Slide 13 - Quiz

Wat is zuurstof?
  • Gas
  • Kleurloos
  • Geurloos
  • Smaakloos
  • Medicijn
  • Droog

Slide 14 - Diapositive

Waardoor wordt zuurstof door het lichaam vervoert
A
rode bloedcellen
B
bloedplaatjes
C
witte bloedcellen
D
bloedplasma

Slide 15 - Quiz

Wat zijn redenen om
zuurstof toe te dienen?
A
Longziekten
B
Tijdens en na een operatie
C
Alle antwoorden zijn goed
D
Bij een terminale cliënt

Slide 16 - Quiz

Voordelen

Zuurstoftekort wordt opgeheven
Nadelen

- Teveel zuurstof kan leiden tot stoppen ademhalingsprikkel en koolzuurstapeling 
in het bloed.
- Droge slijmvliezen
- Drukplekken in neus
- Niet meer roken

Slide 17 - Diapositive

Wij ademen hoeveel zuurstof in?
A
14%
B
15%
C
16%
D
21%

Slide 18 - Quiz

Wat is de normaal waarde van zuurstof in het bloed?
A
80-85%
B
60-100%
C
95-100%
D
90-95%

Slide 19 - Quiz

Zuurstof gehalte bepalen door:
Bloedafname
Saturatiemeten

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Zuurstof en roken

Slide 22 - Diapositive

Zuurstof is gevaarlijk!
  • Kan exploderen
  • Geen open vuur bij toediening 
  • Geen vetten of olien bij het omgaan met zuurstof
  • Vermeld duidelijk dat er zuurstof in de ruimte wordt gebruikt
  • Zorg voor voldoende ventilatie

Slide 23 - Diapositive

Wat zijn indicaties voor het toedienen van zuurstof?

Slide 24 - Question ouverte

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Slide 32 - Diapositive

Bij hyperventileren geeft iemand
A
Te veel koolzuurgas af
B
Te weinig koolzuurgas af
C
Te veel zuurstof af
D
Te weinig zuurstof af

Slide 33 - Quiz

Wat kunnen complicaties zijn bij het toedienen van zuurstof? Waar moet je als vpk alert op zijn?

Slide 34 - Carte mentale

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive

Wanneer mag je als verpleegkundige iets aanpassen aan de zuurstofapparatuur?
A
als verpleegkundige mag je niets aanpassen
B
als de cliënt behoefte zegt te hebben aan meer zuurstof
C
als de vooraf bepaalde instellingen niet meer goed staan

Slide 37 - Quiz

Zuurstof toevoerslang
Bij voorkeur niet langer dan 5 meter.
Is van doorzichtig kunststof.
Verbind de zuurstofbril, -neussonde of- masker met de zuurstofbron

Slide 38 - Diapositive

Zuurstof toedienen is een voorbehouden en risicovolle handeling
  • Opdracht van arts nodig
  • Hoeveelheid O2 per minuut afspreken met de arts
  • Toediening via neusbril, neuskatheter of zuurstofmasker
  • Alert zijn bij COPD cliënten
  • Zuurstof is zeer brandbaar
  • Controleer altijd de inhoud van zuurstof cilinder
  • Bereken de aanwezige zuurstof

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Diapositive

2 Hoe vaak moet je de neusbril vervangen?

A
1x per week
B
1x per maand
C
1x per 2 weken
D
alleen als deze stuk is

Slide 41 - Quiz

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Diapositive

Slide 45 - Diapositive

Slide 46 - Diapositive

Slide 47 - Diapositive

Slide 48 - Diapositive