leçon 46_T1D

Bonjour !
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Bonjour !

Slide 1 - Diapositive

Le programme :
        Aujourd'hui (=vandaag) :
  • Les groupes pour le MO
  • Révision: la forme des adjectifs
  • Pratiquer les dialogues
leçon 46

Slide 2 - Diapositive

Les équipes pour le MO
Les équipes pour le MO

Slide 3 - Diapositive

Adjectif (bijvoeglijk naamwoord)
Basisregel vorm
In het Frans past het bijvoeglijk naamwoord zich aan het zelfstandig naamwoord aan. Kijk of dit woord enkelvoud, meervoud, mannelijk of vrouwelijk is en voeg de juiste letter(s) toe aan het bijvoeglijk naamwoord. Mannelijk enkelvoud is de basisvorm.

mannelijk
vrouwelijk
enkelvoud
-
+e
meervoud
+s
+es

Slide 4 - Diapositive

La maison est ...
A
petit
B
petite
C
petits
D
petites

Slide 5 - Quiz

Ils sont ...
A
intelligent
B
intelligente
C
intelligents
D
intelligentes

Slide 6 - Quiz

Le jardin est ...
A
grand
B
grande
C
grands
D
grandes

Slide 7 - Quiz

Mes soeurs sont ...
A
joli
B
jolie
C
jolis
D
jolies

Slide 8 - Quiz

Uitzondering 1
Geen verandering met "e"
Als het bijvoeglijk naamwoord in de basisvorm al op een -e eindigt, krijgen de vrouwelijke vormen er niet nog een -e bij.

Un vélo jaune                    Deux vélos jaunes
Une voiture jaune           Deux voitures jaunes

Slide 9 - Diapositive

Elle est ...
A
drôle
B
drôlee
C
drôles
D
drôlees

Slide 10 - Quiz

Les voitures sont …
A
rouge
B
rougee
C
rouges
D
rougees

Slide 11 - Quiz

Uitzondering 2
Geen verandering met "s"
Als het bijvoeglijk naamwoord in de basisvorm al eindigt op een -s, dan komt er in de mannelijke meervoudsvorm geen extra -s bij!

de kat is grijs - Le chat est gris
de katten wijn grijs - Les chats sont gris

Slide 12 - Diapositive

Mes yeux sont ...
A
gris
B
grise
C
griss
D
grises

Slide 13 - Quiz

Uitzondering 4
Uit je hoofd leren!
Er zijn een aantal vormen die je gewoon uit je hoofd moet leren!


mnl. ev.
vrl. ev. 
mnl. mv.
vrl. mv.
wit
blanc
blanche
blancs
blanches
mooi
beau
belle
beaux
belles
nieuw
nouveau
nouvelle
nouveaux
nouvelles
aardig
sympa
sympa
sympas
sympas

Slide 14 - Diapositive

Une ... voiture
A
blanc
B
blanche
C
blance
D
blanca

Slide 15 - Quiz

Les ... baskets (vrl. mv.)
A
nouveau
B
nouveaues
C
nouvelles
D
nouvelle

Slide 16 - Quiz

Une fille ...
A
sympa
B
sympae
C
sympas
D
sympache

Slide 17 - Quiz

Les ... jardins
A
beau
B
belle
C
beaux
D
belles

Slide 18 - Quiz

Pratiquer les dialogues:

  • dialogue 4 page 13
  • dialogue 4 page 25
  • dialogue 1 page 36 

Slide 19 - Diapositive