Werkwoorden tt en vt groep 7 en 8
(schrikken)
Heleen _____________ toen ze de deur open deed.
Heleen _____________ toen ze de deur open deed.
1 / 10
Éléments de cette leçon
(schrikken)
Heleen _____________ toen ze de deur open deed.
Heleen _____________ toen ze de deur open deed.
Slide 1 - Question ouverte
(kopen)
Ik _____________ een nieuwe trui.
Ik _____________ een nieuwe trui.
Slide 2 - Question ouverte
(vinden)
Jij _____________ overal leuke dingen.
Jij _____________ overal leuke dingen.
Slide 3 - Question ouverte
(worden)
Marloes _____________ door haar moeder opgehaald.
Marloes _____________ door haar moeder opgehaald.
Slide 4 - Question ouverte
(houden)
Ik _____________ er niet van als je dat doet.
Ik _____________ er niet van als je dat doet.
Slide 5 - Question ouverte
(beleven)
Toen _____________ Lisette een leuk avontuur.
Toen _____________ Lisette een leuk avontuur.
Slide 6 - Question ouverte
(leven)
Mijn tante _____________ tot vorige jaar in grote luxe.
Mijn tante _____________ tot vorige jaar in grote luxe.
Slide 7 - Question ouverte
(roeren) De kinderen _____________ toen met hun handen door het water.
(bemesten) Mijn ouders _____________ gisteren de voortuin.
(bemesten) Mijn ouders _____________ gisteren de voortuin.
Slide 8 - Question ouverte
(poetsen) Vorige week _____________ jij de verf van je tafel.
Slide 9 - Question ouverte
(fotograferen)
Ik _____________ de kat van de buren.
Ik _____________ de kat van de buren.
