Present perfect

Standaard format
         On your table:                  Student's book - notebook - pen
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1-3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Standaard format
         On your table:                  Student's book - notebook - pen

Slide 1 - Diapositive


  • BBC Newsround
  • Present perfect
You can talk about experiences and actions in the past up to now using the present perfect

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Lien

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Grab your laptop & notebook for: the Present Perfect
Join the LessonUp

Slide 6 - Diapositive

Je hebt 2 voorbeelden gezien van de PRESENT PERFECT.
Vertel zelf eens hoe deze tijd eruit ziet.

Slide 7 - Question ouverte

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

PRESENT PERFECT
Gebruik Present Perfect:
1. ervaringen
2. iets is in het verleden gebeurd en je merkt nu nog het resultaat.

Voorbeelden:
1. I have broken a bone before.
    Ik heb (eerder) al eens een bot gebroken.
2. I have painted the door.
     Ik heb de deur geschilderd. --> in het verleden gedaan en je merkt nu nog het resultaat: een vers geverfde deur.

Slide 10 - Diapositive

SIGNAALWOORDEN: FYNE JAS
  • FOR - (NU) AL
  • YET - AL (IN VRAAGZINNEN) - NOT YET - NOG NIET
  • NEVER - NOOIT
  • EVER - OOIT

  • JUST - NET
  • ALREADY - AL
  • SINCE - SINDS

  • (FOR) HOW LONG? - HOE LANG

Slide 11 - Diapositive

Maak zelf een goedlopende zin met de Present Perfect.

Slide 12 - Question ouverte

Hoe vorm je de Present Perfect?
A
stam + ED
B
met het derde rijtje van de irregular verbs
C
stam + S bij he / she / it
D
met has / have + voltooid deelwoord

Slide 13 - Quiz

Welke woorden zijn signaalwoorden voor de Present Perfect?
A
never / ever / for / since
B
was / were / been
C
however / although / always
D
when / how / always

Slide 14 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 15 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
She goes home at 8 o'clock.
B
He fell off his bike.
C
She has caught ten balls so far.
D
They worked all day yesterday.

Slide 16 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
I love to cycle to school.
B
We often go to church.
C
They haven't seen him yet.
D
I didn't hear him come in.

Slide 17 - Quiz

Je hebt uitleg gehad en geoefend
met de PRESENT PERFECT.
Vertel nogmaals hoe deze tijd eruit ziet.

Slide 18 - Question ouverte

You are awesome
Wednesday:
Learn vocab 3.1 - 3.2

Slide 19 - Diapositive