Overal 1-2 hv 4.2 snelheid berekenen

4.2 snelheid berekenen
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
ScienceMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

4.2 snelheid berekenen

Slide 1 - Diapositive

leerdoelen
Ik kan de formule voor gemiddelde snelheid opnoemen
ik kan de gemiddelde snelheid uitrekenen
Ik kan van km/h naar m/s omrekenen en andersom
Ik kan de afstand berekenen met deze formule

Slide 2 - Diapositive

4.2 snelheid berekenen
Leerdoelen: 
Snelheid berekenen

Slide 3 - Diapositive

Snelheid = afstand / tijd
Snelheid 5 km/uur betekent: 
5 km afstand per 1 uur
of km  per uur

Slide 4 - Diapositive

Opdracht
Ellen van Vugt en haar ligfiets.
 Ze fietste voor haar wereldrecord 404 km in precies 6 uur. 
Bereken haar gemiddelde snelheid in km/h. 
Rond af op een geheel getal.

Slide 5 - Diapositive

Antwoord: 
404 km in precies 6 uur. 
dus in 1 uur....
 400 km / 6 uur = 67 km/h.

Slide 6 - Diapositive

Opdracht
Jens is op weg naar zijn vertrekhal op Schiphol.
Hij beweegt 45 s met een snelheid van 0,8 m/s.
Bereken de afstand die Jens gedurende die 45 s aflegt.

Slide 7 - Diapositive

Antwoord
Gegeven: tijd = 45 s snelheid = 0,8 m/s
Gevraagd: afstand = ? 
Snelheid is dus 0,8 m per 1 sec. in 45 sec legt hij af......
0,8 x 45 = 36 m

Slide 8 - Diapositive

Opdracht
De afstand tussen Rijswijk en Amsterdam is 60 kilometer. Muhamed legt deze afstand met zijn auto af in 0,5 uur.

Vraag:
Wat is de gemiddelde snelheid van Muhamed tijdens deze rit?


Slide 9 - Diapositive

Gegeven
60 km in 0,5 uur
in een uur hoeveel kilometer dus? ...
60 / 0,5 = 120 km / uur

Slide 10 - Diapositive

Met welke formule bereken je de gemiddelde snelheid?
A
afstand = gemiddelde snelheid : tijd of t =vgem = : t
B
tijd = afstand : gemiddelde snelheid of t = s : vgem
C
gemiddelde snelheid = afstand : tijd of vgem = s : t
D
gemiddelde snelheid = tijd : afstand of vgem = t : s

Slide 11 - Quiz

Een fietser legt 20 kilometer af in 60 minuten
Wat is zijn gemiddelde snelheid
A
20 km/uur
B
20 km/minuut
C
60 minuut/km
D
1 uur/km

Slide 12 - Quiz

opdracht
Christiaan fietst met een constante snelheid over een recht stuk weg van 68 m. Hij doet er 17 s over. 

Slide 13 - Diapositive

Gegeven: 

Slide 14 - Diapositive

Loes rent 60 meter in 12 seconden. Wat is haar gemiddelde snelheid in m/s?
Noteer : formule, gegevens en berekening

Slide 15 - Question ouverte

Maud vliegt 560 km in 126 minuten. Bereken haar gemiddelde snelheid.
noteer: formule, gegevens en berekening

Slide 16 - Question ouverte

Leïla legt met de auto een weg met een afstand van 50km af. De eerste 25km legt zij af met een gemiddelde snelheid van 50km/h. Gedurende de tweede 25km is de gemiddelde snelheid 100km/h.
Wat is de gemiddelde snelheid over het hele traject van 50km?
A
67km/h
B
72km/h
C
75km/h
D
83km/h

Slide 17 - Quiz

Na de start bereikt de TGV (hoge snelheids trein) in 3 minuten een snelheid van 88,4 m/s.

Bereken de gemiddelde snelheid in m/s
A
29,4 m/s
B
264,9 m/s
C
44,2 m/s

Slide 18 - Quiz

Snelheid omrekenen

Slide 19 - Diapositive

Snelheid in km/h
  • Hardlopers
  • Schaatsers
  • Formule 1

Slide 20 - Diapositive

Snelheid naar 100 km/h 
  • 100 kilometer in 1 uur
  • Wat betekent dit nou?

Slide 21 - Diapositive

Meter per seconde
  • Je kunt snelheid omrekenen van km/h naar m/s
  • Binnen de natuurkunde is dit de standaard eenheid!
  • Wanneer is dit zinvol om te gebruiken?

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Bedenk dat;
1 kilometer                                  1000 meter
1 uur (h)                                         60 min x 60 s = 3600 s
Dus van m/s naar km/h?

80 m/s                  288.000 m/h
 = 288 km/h
x 3600
: 1000

Slide 24 - Diapositive

Bedenk dat;
1 kilometer                                  1000 meter
1 uur (h)                                         60 min x 60 s = 3600 s
Dus van km/h naar m/s?

36 km/h                   36000 m/h                
 =  10 m/s
    
x 1000
: 3600

Slide 25 - Diapositive

Bedenk dat;
1 kilometer                                  1000 meter
1 uur (h)                                         60 min x 60 s = 3600 s
Dus van km/h naar m/s?

150 km/h                150.000 m/h                
 =     41,67 m/s
        42 m/s
x 1000
: 3600

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Stan rijdt 130 km/h.
Hoeveel m/s is dat?
A
36 m/s
B
468 m/s
C
72 m/s
D
100 m/s

Slide 28 - Quiz

De topsnelheid van een formule 1 auto is 378 km/h.
Hoeveel m/s is dat?
A
100 m/s
B
1360 m/s
C
105 m/s
D
1853 m/s

Slide 29 - Quiz

Een F-16 straaljager vliegt ongeveer 650 m/s.
Hoeveel km/h is dat?
A
181 km/h
B
2340 km/h
C
1235 km/h
D
1000 km/h

Slide 30 - Quiz

Welke gaat sneller?
A
12 km/h
B
12 m/s
C
Even snel
D
Dat kan je niet zeggen

Slide 31 - Quiz

afstand berekenen
  • als je de snelheid en de tijd weet, hoe bereken je dan de snelheid?
  • afstand = snelheid x tijd

Slide 32 - Diapositive

je rijdt 100 km/h in 1 uur.
welke afstand leg je af?

A
100 km
B
60 km
C
50 km
D
75 km

Slide 33 - Quiz

je rijdt 108 km/h in 1,5 uur.
wat is de afstand die je aflegt?

A
72 km
B
162 km
C
108 km

Slide 34 - Quiz

Max verstappen reed met een gemiddelde snelheid van 280 km per uur. Welke afstand reed hij in 2 uur
noteer: formule, gegevens en berekening

Slide 35 - Question ouverte

Huiswerk
Lees paragraaf 4.2 digitaal.
Maak de vragen van 4.2 digitaal

Slide 36 - Diapositive