De fabriek met stoomkracht

Hoofdstuk 5: Fabrikanten en arbeiders

5.3: De fabriek met stoomkracht


1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 5: Fabrikanten en arbeiders

5.3: De fabriek met stoomkracht


Slide 1 - Diapositive

Wat was een gevolg van de agrarische revolutie van de 18e eeuw voor het bevolkingsaantal van Engeland?
A
Het bevolkingsaantal nam af door slechtere leefomstandigheden.
B
Het bevolkingsaantal nam toe door meer voedselproductie.
C
Het bevolkingsaantal nam toe door minder beschikbaar voedsel.
D
Het bevolkingsaantal bleef gelijk door beperkte landbouwtechnieken.

Slide 2 - Quiz

Wat is het belangrijkste gevolg van de Enclosure Act?
A
Verhoogde efficiëntie van landbouwproductie
B
Vermindering van de industriële revolutie
C
Afname van handelsmogelijkheden
D
Toename van werkloosheid onder boeren

Slide 3 - Quiz

Wat kenmerkt de demografische revolutie in Engeland?
A
Een gelijkmatige groei van stedelijke en landelijke bevolking.
B
Een afname van stedelijke bevolkingsdichtheid.
C
Een verschuiving van plattelandsbevolking naar stedelijke gebieden.
D
Een afname van landelijke migratie.

Slide 4 - Quiz

Wat wordt verstaan onder nijverheid?
A
Het ambachtelijk of industrieel vervaardigen van producten.
B
Het ontwerpen van stedelijke infrastructuur.
C
Het bestuderen van meteorologische fenomenen.
D
Het beheren van natuurlijke hulpbronnen.

Slide 5 - Quiz

5.3: De fabriek met stoomkracht
In de 17e eeuw nam de huisnijverheid in Engeland een grote vlucht. Dankzij uitvindingen als de Spinning Jenny kon er steeds sneller meer geproduceerd worden. De productie van katoen wordt opgeschaald in fabrieken op waterkracht. Uiteindelijk zorgt de ontwikkeling van de stoommachine ervoor dat fabrieken zich verplaatsen naar de stedelijke centra van Engeland. 

Slide 6 - Diapositive

Huisnijverheid
  • Nijverheid: verwerken van grondstoffen tot eindproduct
  • Eerst alleen in de stad, later ook in boeren bedrijven (thuis)
  • VB: weven van wol tot textiel
  • Weven en spinnen
  • Op zoek naar efficiëntere manier van weven en spinnen

Slide 7 - Diapositive

Uitvindingen
  • Uitvinding schietspoel: weven ging veel sneller!
  • Hierdoor grote achterstand spinners
  • Uitvinding Spinning Jenny: spinnen ging nu veel sneller!
  • Nog binnen de huisnijverheid, maar productie werd steeds efficiënter! 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Slide 10 - Vidéo

Wat zou een reden kunnen zijn dat boeren besluiten tot huisnijverheid?

Slide 11 - Question ouverte

Is de opkomst van huisnijverheid een vorm van specialisatie?

Slide 12 - Question ouverte

De uitvindingen van de schietspoel en de Spinning Jenny betekenden nog niet het einde van de huisnijverheid, ze maakten de positie van de thuiswerkenden juist sterker. Leg dit uit.

Slide 13 - Question ouverte

Wat zou het gevolg zijn van uitvindingen zoals de schietspoel en spinning Jenny voor de prijs van textiel?

Slide 14 - Question ouverte

De eerste fabrieken
  • Mensen gaan op zoek naar manier voor snellere machines!
  • Spinmachine op waterkracht; kon werk van 200 spinners verrichten
  • Moest bij stromend water komen, werkte niet voor huisnijverheid
  • Investeringen moesten worden terugverdiend, dus op grote schaal produceren = ontstaan fabrieken
LD: 5.3B

Slide 15 - Diapositive

Stoommachine
  • Beste plekken snel bezet!
  • Laatkomers hadden pech
  • Bij droogte moest fabriek sluiten
  • Nieuwe oplossing aandrijving; stoommachine!
  • Verbeterd door James Watt
  • Eerst om water weg te pompen, later gebruikt voor steeds meer toepassingen
LD: 5.3C

Slide 16 - Diapositive

Fabrieken naar de stad
  • Eerst: stoommachine voor 'zekerheid', bij droge periode
  • Ander voordeel: fabriek kon nu op elke plek staan!
  • Nieuwe plek waar fabrieken komen te staan; in de stad!
  • Dankzij demografische revolutie en groeiende industrie groeien steden enorm snel! 
LD: 5.3C

Slide 17 - Diapositive

Waarom zouden fabriekseigenaren hun fabriek liever in een stad neerzetten i.p.v. op het platteland?

Slide 18 - Question ouverte

Wat heeft de demografische revolutie te maken met de groeiende vraag naar textiel?

Slide 19 - Question ouverte

Wat voor invloed zouden het ontstaan van fabrieken hebben op de leefomstandigheden van mensen die wonen in de stad?

Slide 20 - Question ouverte

Welke energiebron werd als eerste gebruikt voor de aandrijving van textielfabrieken?
A
Paardenkracht
B
Stoomkracht
C
Waterkracht
D
Windenergie

Slide 21 - Quiz

Wat was een reden om een alternatief te zoeken voor waterkracht?
A
Er waren gebieden zonder toegang tot waterkracht.
B
Waterkracht was te efficiënt.
C
Er was te veel vraag naar waterkracht.
D
Waterkracht was te goedkoop.

Slide 22 - Quiz

Waarom werden fabrieken tijdens de industriële revolutie in steden gebouwd?
A
Om files in plattelandsgebieden te vermijden.
B
Om dicht bij arbeiders en grondstoffen te zijn.
C
Vanwege schone lucht in steden.
D
Vanwege hogere belastingvoordelen in steden.

Slide 23 - Quiz