Herhaling zintuigen, oog en oor

Herhaling oog en oor
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Herhaling oog en oor

Slide 1 - Diapositive

Oog

Slide 2 - Diapositive

Accommoderen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Via welk onderdeel van je oog komt het licht in je oog?
A
Iris
B
Pupil
C
Oogwit

Slide 5 - Quiz

Welk onderdeel van het oog zorgt voor de hoeveelheid lichtinval in het oog?
A
Netvlies
B
Pupil
C
Hoornvlies
D
Lens

Slide 6 - Quiz

De gele vlek in je oog is de plaats in het netvlies waar je oogzenuw het oog verlaat
A
waar
B
niet waar

Slide 7 - Quiz


Welk onderdeel van je oog "maakt" tranen als je huilt?
A
Traanbuis
B
Traanpees
C
Levertraan
D
Traanklier

Slide 8 - Quiz

Welk nummer brengt voedingstoffen naar het oog?
A
1
B
4
C
3
D
2

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

Pupilreflex

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Diapositive

Het Oor

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Vidéo

Oor

Slide 17 - Diapositive

Wat is de functie van het oor?
A
Trillingen omzetten in geluidsimpulsen
B
Seintjes doorgeven naar het andere oor

Slide 18 - Quiz

Welk onderdeel zorgt ervoor dat de druk buiten je oor en binnen in je oor even groot is?
A
Trommelvlies
B
Slakkenhuis
C
Buis van Eustachius
D
Gehoorgang

Slide 19 - Quiz

Welk deel van je oor vangt geluidstrillingen op?
A
Trommelvlies
B
Gehoorgang
C
Slakkenhuis
D
Oorschelp

Slide 20 - Quiz

In welk deel van het oor worden prikkels omgezet in impulsen?
A
Trommelvlies
B
Gehoorzenuw
C
Slakkenhuis
D
Gehoorbeentjes

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Diapositive

Begrippen
Zintuig: Een orgaan dat reageert op prikkels
Drempelwaarde: De zwakste prikkel die een impuls veroorzaakt
Adequate prikkel: De prikkel waar een zintuigcel gevoelig voor is
Gewenning: Wanneer de prikkel langere tijd aanhoudt, ontstaan in de zintuigcellen minder impulsen
Motivatie: Beïnvloedt de drempelwaarde. Hoe meer gemotiveerd, hoe lager de drempelwaarde

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive