H4 De tijd van Burgers en stoommachines

H1 tijd van burgers en stoommachines 
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

H1 tijd van burgers en stoommachines 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Engels landschap rond 1700

Slide 3 - Diapositive

Engels landschap rond 1800

Slide 4 - Diapositive

2 begrippen
Industrialisatie = De opkomst van de productie in fabrieken
Fabrieken = Grote werkplaatsen waar met machines producten gemaakt worden 


Slide 5 - Diapositive

Huisnijverheid 

Slide 6 - Diapositive

Van huisnijverheid naar industrie Engeland
Oorzaak:
- De bevolking steeg waardoor er meer vraag kwam naar kleding. De huisnijverheid kon dit niet aan. 

Voorwaardes:
- Er waren genoeg grondstoffen (uit de koloniën) 
- In GB was veel steenkool en ijzererts aanwezig 



Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Industrie in Nederland 1860
- De eerste fabrieken kwamen in Twente 
1. In Twente was er al veel huisnijverheid
2. In Twente wilden veel mensen voor weinig geld in fabrieken werden 

Gevolgen in Nederland:
1. Er werden kanalen en spoorwegen aangelegd --> vervoer goederen
2. In Limburg kwamen steelkoolmijnen --> Zelfvoorzienend in grondstoffen

Slide 16 - Diapositive

De industriële revolutie had 5 grote gevolgen

Slide 17 - Diapositive

1. Het landschap veranderde sterk

Slide 18 - Diapositive

2. Steden groeiden 

Slide 19 - Diapositive

3. Er kwam een nieuwe groep in de samenleving: Arbeiders

Slide 20 - Diapositive

4. Luchtverontreiniging

Slide 21 - Diapositive

5. Het begin van de moderne tijd

Slide 22 - Diapositive

Zelfstandig werken
Maak alle opdrachten van H1.1
Kijk alle opdrachten na
Verbeter je fouten 

Slide 23 - Diapositive

De werkomstandigheden in de fabrieken waren slecht

1. Lage lonen
2. lange werkdagen
3. Vieze lucht, smerig, geluidsoverlast
4. Erg gevaarlijk werk
5. Bij protesten werd je op staande voet ontslagen 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Vidéo

  • Kapitalisme
  • Is een ideologie = perfect beeld van de samenleving
  • Vrijheid
  • Zoveel mogelijk winst maken
  • Geen wetten en regels voor ondernemers 

Slide 28 - Diapositive

De standensamenleving

Slide 29 - Diapositive

De klassensamenleving 

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Noem drie voorbeelden van de werkomstandigheden en drie voorbeelden van woonomstandigheden van de arbeiders

Slide 33 - Question ouverte

Leg uit wat een klassensamenleving is en hoe die verschilde van een standensamenleving

Slide 34 - Question ouverte

Liberalisme 
  • Politieke stroming
  • Vrijheid is belangrijk
  • De rijke burgers waren voornamelijk liberaal
  • Geloven in de denkbeelden van de Franse Revolutie
  • Veel vrijheid voor ondernemers 

Slide 35 - Diapositive

Socialisme 
  • Politieke beweging
  • Kwam op voor de arbeiders
  • Karl Marx was de grondlegger -> geloofde in een revolutie
  • De gematigde stroming is de sociaaldemocratie
  •  Via wetgeving verandering brengen
  • Leef en werkomstandigheden verbeteren 
  • Via vakbonden verenigen en staken

Slide 36 - Diapositive

Slide 37 - Vidéo

Alleen rijke mannen hadden kiesrecht en zij stemden vrijwel altijd op de liberale partijen. Het was hierdoor erg moeilijk om de arbeiders vertegenwoordigd te krijgen in het parlement!

Slide 38 - Diapositive

Staking

Slide 39 - Diapositive

De sociale kwestie
  • Groeiende armoede onder de arbeidersklasse = sociale kwestie
  • Niet alleen de socialisten maar ook de liberalen (bang voor opstanden) wilden de sociale kwestie oplossen 
  • De eerste sociale wetten werden ingevoerd
  1. Kinderwetje van houten
  2. Woningeisen
  3. leerplichtwet
  4. Aanleg riolering en water

Slide 40 - Diapositive

Slide 41 - Vidéo

SDAP
De socialisten wilden invloed in de politiek. In 1894 richten ze hun eigen politieke partij op: SDAP.
Sociaal Democratische Arbeiders Partij. 
Wat wilden ze?
  1. kortere werktijden
  2. Hogere lonen
  3. Algemeen kiesrecht

Slide 42 - Diapositive

Langzaam verbetering


  • 1917: Algemeen Kiesrecht voor mannen -> alle mannen mogen stemmen

  • 1919: Algemeen kiesrecht voor vrouwen -> alle mannen en vrouwen mogen stemmen

Slide 43 - Diapositive

Leg uit welke idealen de liberalen hadden op politiek en economisch gebied

Slide 44 - Question ouverte

Leg uit wat het socialisme inhoud en leg uit hoe hier twee stromingen in zijn ontstaan

Slide 45 - Question ouverte

Noem drie sociale wetten

Slide 46 - Question ouverte

Opdrachten Havo
Maak van H4.1 opdracht 4 t/m 11

Maak van H4.2 opdracht 3, 4, 6, 7, 11 en 12
Maak van H4.4 opdracht 1, 2, 3 + 6 t/m 11

Slide 47 - Diapositive

Opdrachten VWO
Maak van H4.1; 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 13, 14 en 15
Maak van H4.2; 5, 6, 7, 8, 9, 12, 13, 14 en 15
Maak van H4.4; 3, 4, 6 t/m 12

Slide 48 - Diapositive