H4 Getallen - Oefentoets 4.1 t/m 4.3

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 4: Getallen

Oefenen 4.1 t/m 4. 3

§2.1

Wat ga je deze les doen?

Je krijgt deze les een aantal oefenvragen over hoofdstuk 4. Probeer deze antwoorden zo goed mogelijk te beantwoorden.

Welke uitspraak is juist?

1. Een cijfer en een getal zijn hetzelfde.
2. In het getal 392 heeft het cijfer 3 een waarde van 30.
3. Er zijn maar 10 cijfers.
4. Oneindig is een getal.

Welke waarde heeft het cijfer 7 in het getal 7 933 520 000?

Hoe spreek je het onderstaande getal uit?
8 300 000

1. Acht miljoen driehonderd duizend
2. Drieëntachtig miljoen
3. Acht komma drie miljoen
4. Drieëntachtig

Welk onderstaande getal is een deler van 14?

1. 5
2. 6
3. 7
4. 8

Welke bewering is juist?

1. Oneven getallen hebben geen delers
2. Even getallen zijn altijd veelvouden van twee
3. 1, 3, 5 en 7 zijn voorbeelden van even getallen
4. Decimale getallen kunnen ook delers zijn

Hoeveel decimalen heeft het getal 13,94822? Antwoord is een getal!

Welk getal is drieduizend zevenhonderd?

1. 7300
2. 3070
3. 3700
4. 7030

Welk getal is acht miljoen vijfhonderdvierentwintig?

1. 8 524 000
2. 8 000 524
3. 524 800 000
4. 8 524

Hoe spreek je het onderstaande getal uit?
5 090 404

1. Vijf miljoen negentigduizend vierhonderdvier
2. Vijf miljard negenhonderd vier miljoen
3. Vijfduizend negenhonderd vierenveertig
4. Vier miljoen vierhonderdnegentig duizend vijf

Welke uitspraak is juist?

1. Een cijfer en een getal zijn hetzelfde.
2. In het getal 392 heeft het cijfer 3 een waarde van 30.
3. Er zijn maar 10 cijfers.
4. Oneindig is een getal.

Welke waarde heeft het cijfer 8 in het getal 8 933 520?

Hoeveel decimalen heeft het getal 13,94822? Antwoord is een getal!

Rond 1,496953 af op twee decimalen. Welk antwoord is juist?

1. 1,49
2. 1,50
3. 1,51
4. 1,497

Rond 951 af op honderdtallen. Welk antwoord is juist?

1. 900
2. 950
3. 1000
4. 1100

Rond het getal 13,94822 af op 2 decimalen.

Rond het getal 1 499 999 af op miljoenen.

Eind...

Wat kun je de rest van de les gaan doen?

- Ga verder met de opgaven uit je boek.