H2 T5 BS1

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Thema 5 basisstof 1

Startklaar H2B

• Je zit rustig op je plek van de plattegrond
• Boek, etui en zakkie liggen op tafel
• Jas is uit en tas is van tafel

Startklaar H2A

• Je zit rustig op je plek van de plattegrond
• Boek, etui en zakkie liggen op tafel
• Jas is uit en tas is van tafel

Startklaar H2B

• Je zit rustig op je plek van de plattegrond
• Boek, etui en zakkie liggen op tafel
• Jas is uit en tas is van tafel

Wat gaan we vandaag doen?

• Bekijken SO
• Bespreken basisstof 1
• Huiswerk maken
• Afsluiting

Terugblik vorige les

Welk onderdeel van het bloed is belangrijk voor het opruimen van ziekteverwekkers?

Bloedplaatjes

Bloedplasma

Witte bloedcellen

Leerdoelen

1. Je kunt omschrijven wat het genotype en het fenotype zijn.
   
2. Je kunt uitleggen dat cellen alleen de erfelijke informatie gebruiken die ze nodig hebben.

Erfelijke informatie in de cel

• Al je DNA ligt in je celkern.
• Elke cel bevat dezelfde hoeveelheid DNA.
• Het DNA ligt opgerold in chromosomen.
• Elke lichaamscel heeft 46 chromosomen (23 paren).
• Geslachtscellen (zaadcellen/eicellen) hebben 23 chromosomen.

Celdeling

Genotype

• In je DNA staat de bouwbeschrijving voor jouw lichaam.
• Stukjes DNA die samen de code hebben voor een specifieke eigenschap noemen we genen.
• Genen kunnen aan of uit staan afhankelijk van het                 soort cel waar ze in zitten.

Alle genen samen noemen we het genotype.

Fenotype

Alle waarneembare eigenschappen van een organisme noemen we het fenotype.

Een groot deel van je fenotype is afhankelijk van je genotype, maar sommige dingen zijn ook afhankelijk van omgevingsfactoren.

Aan de slag

Maken Thema 5 Basisstof 1 opdracht 2, 3, 6, 8 en 9

Blz. 100

Ben je klaar? --> Toetsvragen oefenen op biologiepagina.nl over thema 4

Afsluiting

Wat zijn 3 dingen die je vandaag hebt geleerd?

1.

2.

3.