Voor de meeste apparaten wordt een parallel schakeling gebruikt (thuis). Als 1 onderdeel uitvalt zullen de andere onderdelen ongestoord blijven werken. Voor een parallelschakeling gelden de volgende regels:
De spanning (V) is voor alle onderdelen gelijk.
De stroomsterkte (A) wordt verdeeld over de onderdelen.
De stroomsterkte (A) van alle onderdelen samen is de totale stroomsterkte.