D5 Les 3

E


Vak: Rekenen mbo niveau 4
Blok 3 les 6
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 1-4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

E


Vak: Rekenen mbo niveau 4
Blok 3 les 6

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions



Hoofdstuk 5 Omgaan met kwantitatieve informatie
Examentraining


Domein 1
Toets 1
Domein 2
Toets 2
Domein 3
Toets 3
Domein 4
   Toets 4
 Domein 5
Examen

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lezen H1


Groep: PBSD 

Vak: Nederlands blok 1

Docent: mevrouw K. van Zaalen

Wat gaan we doen?
Starten
Opstarten van de les
Kennis toetsen
Start en uitleg online examentraining
Afronden
Beantwoorden van individuele vragen
Les 1
Les 2
Les 3
Les 4
Les 5
Les 6
Les 7
Les 8
Les 9
Les 10
P4.1 + 4.2
P4.3 + 4.4
P4.5 + GO
OEFEN-
EXAMEN I
EXAMEN
TRAINING
EXAMEN
TRAINING
EXAMEN
TRAINING
OEFEN-
EXAMEN II
NABE-
SPREKEN
 EXAMEN
Het examen is op 9 en 10 juli!

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Volgende week is het eerste oefenexamen!
We ronden domein 5 af met een verplicht oefenexamen. Voor dit examen krijg je een cijfer. Dat cijfer geeft je een beeld van hoe goed je de lesstof van het instellingsexamen beheerst. De opdrachten in het oefenexamen lijken op die van het examen dat je in week 30 moet maken. Je vakdocent beoordeelt het examen en voorziet die van persoonlijke feedback.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wanneer kan je het oefenexamen maken?
Je maakt het oefenexamen tijdens de normale lestijd. Je docent opent het examen. Daarna kan je meteen aan de slag. Heb je ondersteuning nodig? Dan staat je docent voor je klaar!

Maak je alle opdrachten van het examen én lever je die op tijd in? Dan wordt je voor volgende week op aanwezig en actief gezet. 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat doen we bij de online examentraining?
Bij de examentraining behandelen we de lesstof van domein 5
én oefenen we drie weken intensief met examenopdrachten.
We bereiden de opdrachten stap voor stap voor en we 
kijken ze als een examinator na.


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Opdracht 1
Milo maakt een wandeling door de Rocky Mountains.
Het is een wandeling van 6 mijl. Door de warmte
halveert zijn wandeltempo ten opzichte van het
gemiddelde.

Bereken hoe lang Milo over de wandeling doet
Rond je antwoord af op een heel getal.


1 mijl = 1,609344 km
timer
5:00

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Bereken hoe lang Milo over de wandeling doet.
Rond je antwoord af op een heel getal.



Slide 8 - Question ouverte

Bereken wandeltempo in de warmte
5 km/u : 2 = 2,5 km/u
 
Reken om van mijl naar km
6 x 1,609344 = 9,656064 km [1p]

Deel aantal km door 2,5 uur
9,656064 : 2,5 = 3,8... [1p]

Rond af op een heel getal
3,8... = 4 uur [1p]

Opdracht 2
Milo maakt een wandeling door de Rocky Mountains.
Het is een wandeling van 6 mijl. Door de warmte
halveert zijn wandeltempo ten opzichte van het
gemiddelde. De wandeling start om 9:15 uur.

Hoe laat komt Milo ongeveer aan op de
bestemming?


1 mijl = 1,609344 km
timer
5:00

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions






Hoe laat komt Milo ongeveer aan op de bestemming?
A
10:00 uur
B
11:00 uur
C
12:00 uur
D
13:00 uur

Slide 10 - Quiz

[1p]

Bereken wandeltempo in de warmte
5 km/u : 2 = 2,5 km/u

Reken om van mijl naar km
6 x 1,609344 = 9,656064 km [1p]

Deel aantal km door 2,5 uur
9,656064 : 2,5 = 3,8... [1p]

Rond af op een heel getal
3,8... = 4 uur [1p]
timer
5:00
Pauze

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Opdracht 3
Lina en Mae huren samen de tweede etage
van een studentenhuis. Ze overwegen om 
in slaapkamer 1 laminaat te leggen.

Voor hoeveel vierkante meter moeten
Lina en Mae laminaat kopen?




timer
5:00

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions






Voor hoeveel vierkante meter moeten Lina en Mae laminaat kopen?
A
10 m2
B
14 m2
C
18 m2
D
22 m2

Slide 13 - Quiz

[1p]

Bereken de opp. van kamer 1 en 2
3,9 x 3,6 = 14,04 m2 [1p]

Schat de opp. van kamer 2
1,8 x 2,6 = 4,68 m2 [1p]

Bereken de opp. van kamer 1
14,04 - 4,68 = 9,36 m2 [1p]


Opdracht 4
Lina en Mae huren samen de tweede etage
van een studentenhuis. Ze besluiten om in 
slaapkamer 1 en 2 laminaat te leggen. Die
wordt verkocht in pakken voor 5 m2 aan
vloeroppervlak.

Bereken hoeveel pakken laminaat Lina en
Mae moeten kopen. Rond je antwoord
naar boven af. 






timer
3:00

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Bereken hoeveel pakken laminaat Lina en Mae moeten kopen.
Rond je antwoord naar boven af.

Slide 15 - Question ouverte

Bereken de opp. van kamer 1 en 2
3,9 x 3,6 = 14,04 m2 [1p]

Bereken aantal pakken laminaat
14,04 : 5 = 2,88 pakken [1p]

Rond naar boven af
2,88 = 3 pakken [1p]
timer
5:00
Pauze

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Opdracht 5
Meneer El Hamdaoui heeft chronische pijnklachten.
Hij slikt iedere dag drie pijnstillers van product A. Dit
product wordt in het nieuwe jaar niet langer vergoed
door de verzekeraar. Product B wordt wel vergoed.
Van dit product zijn ook drie pillen per dag nodig.

Bereken de jaarlijkse besparing van de verzekeraar. 
Rond je eindantwoord af op twee decimalen.
timer
5:00

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Bereken de jaarlijkse besparing van de verzekeraar. Rond je
eindantwoord af op twee decimalen.

Slide 18 - Question ouverte

Bereken de kosten van tablet A
€ 4,68 : 100 = € 0,0468 per tablet

Bereken het totale aantal tabletten
365 x 3 = 1095 tabletten

Bereken de kosten per jaar
1095 x € 0,0468 = € 52,246 [1p]

Bereken de kosten van product B
€ 3,42 : 80 = € 0,04275 per tablet

Bereken het aantal tabletten
365 x 3 = 1095 tabletten

Bereken de kosten per jaar
1095 x € 0,04275 = € 46,81125 [1p]

Bereken het verschil
€ 52,246 - € 46,81125 = € 5,43475 [1p]

Rond het antwoord af
€ 5,43475 = € 5,43 [1p]

Opdracht 6
De besparing per patiënt is niet bijzonder hoog. Maar in
Nederland leven drie miljoen mensen zoals meneer Al
Hamdaoui. Daarvan gebruikt 67% dagelijks pijnstilling.

Bereken de jaarlijkse besparing van de verzekeraar als
alle patiënten voortaan naar product B overstappen.
timer
5:00

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Bereken de jaarlijkse besparing van de verzekeraar als alle
patiënten voortaan naar product B overstappen.



Slide 20 - Question ouverte

Bereken het aantal patienten
3 000 000 : 100 x 67 = 2 010 000 [1p]

Bereken de jaarlijkse besparing
2 010 000 x 
€ 5,43 =  € 10 914 300 [1p]
timer
5:00
Pauze

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Opdracht 7
Per nacht doorloop je vier tot vijf keer een
slaapcyclus van 90 tot 120 minuten. Deze
cyclus bestaat bestaat uit vier fasen:
N1, N2, N3 en de REM-fase.

Hoeveel minuten per nacht breng je volgens
dit schema ongeveer in remslaap door? 
timer
5:00

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions






Hoeveel minuten per nacht breng je volgens dit schema in remslaap door?
A
15 tot 30 minuten
B
30 tot 45 minuten
C
45 tot 100 minuten
D
100 tot 115 minuten

Slide 23 - Quiz

Lees de remslaap af per cyclus
10 + 15 + 20 + 25 + 35 = 105 minuten

Opdracht 8
De slaapcyclus van Mo duurt 90 minuten.
Hij gaat om 23:30 uur naar bed. Voor een
gezonde levensstijl heeft hij minimaal
90 minuten remslaap nodig.

Bereken hoe laat Mo zijn wekker moet zetten
als hij aan zijn dagelijkse minimum aan
remslaap wil komen. 
timer
5:00

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Bereken hoe laat Mo zijn wekker moet zetten als hij aan zijn dagelijkse minimum aan remslaap wil komen.

Slide 25 - Question ouverte

Bepaal aantal slaapcycli
5 slaapcycli [1p]

Bereken aantal minuten slaap
5 x 90 minuten = 450 minuten [1p]

Bereken aantal uren slaap
450 : 60 = 7,5 uur [1p]

Bereken de wekkertijd
23:30 + 7:30 = 7:00 uur [1p]
timer
5:00
Pauze

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Opdracht 9
Omar heeft geïnvesteerd in goud. 

Wat is Omars' investering waard als hij die
vandaag zou verzilveren?
timer
3:00

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions






Wat is Omars' investering waard als hij die vandaag zou verzilveren?
A
€ 855,40
B
€ 870,08
C
€ 930,76
D
€ 945,44

Slide 28 - Quiz

B [1p]

Bereken % van de dagwaarde
100 - 3,37 = 96,63%

Bereken 1% van € 900,42
900,42 : 100 = € 9,0042 

Vermenigvuldig uitkomst met 96,63
9,0042 x 96,63 = € 870,08

Opdracht 10
Omar verzilvert zijn investering niet. Hij verwacht
dat de waarde van zijn investering ieder jaar met
5% zal stijgen.

Bereken wat Omars' investering na drie jaar
waard is als zijn verwachting uitkomt.
timer
5:00

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions




Bereken wat Omars' investering na drie jaar waard is als zijn verwachting uitkomt. Rond al je antwoorden af op twee decimalen.

Slide 30 - Question ouverte

Bereken de stijging na 1 jaar
900,42 : 100 x 105 = € 945,44 [1p]

Bereken de stijging na 2 jaar
945,44 : 100 x 105 = € 992,71 [1p]

Bereken de stijging na 3 jaar
992,71 : 100 x 105 = € 1042,35 [1p]

Heb je nog vragen of opmerkingen?
Stel die dan NU!

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions