Werkvorm: Spin de zin (thema wonen)


Draai elke spinner één keer om een zin te maken. Schrijf de zin op. Doe dit zes keer.
(Je houdt deze volgorde aan, gebruikt hoofdletters, vervoegt werkwoorden en zet punten)
Bijvoorbeeld:
1                        2                                       3
ik                      huiswerk maken              in de badkamer.
 
De zin: Ik maak huiswerk in de badkamer. (Dit doe je niet echt, maar de zin is goed 😉)
Spin de zin
wie?
doet wat?
waar?
Uitwisselen in je duo/groepje:
Lees elkaars zinnen, zijn er ...
- goede vervoegingen? ja/nee
- hoofdletters? ja/nee
- punten? ja/nee
Per zin:
Kan het ook echt? ja/nee
1 / 2
suivant
Slide 1: Diapositive
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

Cette leçon contient 2 diapositives, avec quiz interactif et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon


Draai elke spinner één keer om een zin te maken. Schrijf de zin op. Doe dit zes keer.
(Je houdt deze volgorde aan, gebruikt hoofdletters, vervoegt werkwoorden en zet punten)
Bijvoorbeeld:
1                        2                                       3
ik                      huiswerk maken              in de badkamer.
 
De zin: Ik maak huiswerk in de badkamer. (Dit doe je niet echt, maar de zin is goed 😉)
Spin de zin
wie?
doet wat?
waar?
Uitwisselen in je duo/groepje:
Lees elkaars zinnen, zijn er ...
- goede vervoegingen? ja/nee
- hoofdletters? ja/nee
- punten? ja/nee
Per zin:
Kan het ook echt? ja/nee

Slide 1 - Diapositive


Typ de zinnen die je met de spinners maakte hier in.
Typ de zinnen

Slide 2 - Question ouverte

Plus de leçons comme celle-ci