H4 Ongelijkheid

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

H4 Ongelijkheid

Wat zie je?

Waar denk jij aan bij een rijk land?

Waar denk jij aan bij een arm land?

Leerdoelen

Aan het einde van de les weet ik

• Hoe ik de welvaart kan meten
• Kan je landen verdelen als je kijkt naar welvaart
• Snap je het verband tussen welvaart en de beroepsbevolking

Welvaart is:

1. Inkomen
2. Macht
3. Geluk

Welvaart

De welvaart geeft aan hoe het met een land gaat op basis van hoeveel geld er verdient wordt.

Hierbij gebruik je het: bbp/hoofd

Welvaart in Europa

In West-Europa is er meer welvaart dan in Oost-Europa. 

Er wordt in West-Europa meer geld verdiend. 

Bruto Binnenlands Product

Het bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking geeft aan hoeveel geld mensen gemiddeld per persoon verdienen.

Aan de slag!

Lees de tekst "Welvaart"

Daarna Maken opdracht 2 

Na 5 minuten gaan wij de opdrachten bespreken. 

lage-inkomenslanden

midden-inkomenslanden

hoge-inkomenslanden

Drie soorten landen 

Drie soorten landen 

1 Lage-inkomenslanden = periferie 

Veel mensen hebben minder dan €1,70 per dag te besteden. Zij leven onder de: armoedegrens

Veel mensen werken in de: landbouw

2 Midden-inkomenslanden = semiperiferie 

Veel mensen ingeënt tegen ziekten, elektriciteit in huis en een telefoon. Niet genoeg goede ziekenhuizen, weinig mensen kunnen op vakantie.

Veel mensen werken in de: industrie

3 Hoge-inkomenslanden = centrumlanden

Genoeg eten en schoon drinkwater, veel mensen kunnen op vakantie.

Veel mensen werken in de: diensten

Land in het Centrum?

1. rijk
2. arm
3. tussenin

Land in de Semi-periferie?

1. rijk
2. arm
3. tussenin

Land in de Periferie?

1. rijk
2. arm
3. tussenin

Aan de slag!

Maken: opdrachten 3, 4, 5 en 6