les 43 - 2H - lunes 12 de mayo 2025

Les 43 - 2H1 - lunes 12 de mayo 2025
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Les 43 - 2H1 - lunes 12 de mayo 2025

Slide 1 - Diapositive

¿Qué hacemos hoy? (Wat doen we vandaag?)

  • We herhalen het verschil tussen de twee werkwoorden voor 'zijn' in het Spaans --> ser & estar + quiz (30m)
  • Korte break (5m)
  • We starten leestekst H (20m)
  • Toetsoverzicht schooljaar (5m)
  • We spelen Blooket (20m) --> woordenschat bron F, G & H

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

ergens zijn /
zich bevinden

Slide 4 - Diapositive

HAY
Wat wordt er met HAY bedoeld?
HAY betekent 'er is' of 'er zijn'
Je kunt 'hay' niet vervoegen!

Ejemplos:
- Hay manzanas (er zijn appels)
- No hay fruta (er is geen fruit)
- Hay mucha gente (er zijn veel mensen)

Slide 5 - Diapositive

SER, ESTAR OF HAY?
Madrid ................. en el centro de España.
A
es
B
hay
C
está
D
son

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste vorm van SER, ESTAR of HAY in:
Yo .................. triste

A
estoy
B
soy
C
hay
D
estáis

Slide 7 - Quiz

Welk werkwoordsvorm gebruik je in de volgende zin:
Ella ......... doctora
A
es
B
está
C
hay
D
eres

Slide 8 - Quiz

Schrijf een Spaanse, korte zin op waarin het woordje 'hay' voorkomt

Slide 9 - Question ouverte

¿Ser, estar o hay?

En mi casa _________ tres habitaciones.
A
hay
B
ser
C
están
D
son

Slide 10 - Quiz

¿Ser, estar o hay?

Las playas de Barcelona _____ blancas.
A
son
B
hay
C
están
D
es

Slide 11 - Quiz

Schrijf alle zes de persoonsvormen van het werkwoord 'ser' op

Slide 12 - Question ouverte

¿Ser, estar o hay? Maak de zin compleet:
Los profesores ____ muy simpáticos.
A
es
B
hay
C
están
D
son

Slide 13 - Quiz

¿Ser, estar o hay? Maak de zin compleet:
Mi asignatura favorita ____ el español.
A
es
B
hay
C
está
D
soy

Slide 14 - Quiz

Vul de juiste vorm van SER, ESTAR of HAY in:
Mis amigos ................... en el cine.

A
son
B
eres
C
hay
D
están

Slide 15 - Quiz

Vul de juiste vorm van SER,ESTAR OF HAY?
Tú.....................de Argentina.
A
estás
B
eres
C
somos
D
hay

Slide 16 - Quiz

Beschrijf twee plekken waar je kunt zijn... (in de ik-vorm), in het Spaans:

Slide 17 - Question ouverte

Welke werkwoordsvorm gebruik je in de volgende zin:
¿Dónde ............ ?
A
eres
B
estás
C
hay
D
estoy

Slide 18 - Quiz

¿Ser, estar o hay?
Mi colegio ... muy bonito y grande.
A
es
B
está
C
hay
D
soy

Slide 19 - Quiz

¿Ser, estar o hay?
Mi colegio ... en el centro.
A
es
B
hay
C
está
D
estamos

Slide 20 - Quiz

Benoem in welke omstandigheden je het werkwoord 'estar' moet gebruiken

Slide 21 - Carte mentale

Vul de juiste vorm van SER, ESTAR of HAY in:
Hola chicos, ¿cómo....................?
A
sois
B
estáis
C
hay
D
estamos

Slide 22 - Quiz

Vul de juiste vorm van SER, ESTAR of HAY in:
¿Cuántos museos ... en Amsterdam?

A
son
B
estamos
C
hay
D
están

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Leestekst H - TB blz. 55
  • Tekst H: 'Tormentos en el corazón'
  • Maak ejercicio 24a, 24b en 24c (WB blz. 95/96)
  • Dit is HUISWERK voor maandag 19 mei (zie Magister)
timer
15:00

Slide 26 - Diapositive

Ejercicio 24a t/m 24c (WB blz. 94)

  • Jullie lezen de hele tekst en beantwoorden ej. 24a t/m 24c

Gebruik de tekst + de verklarende woordenlijst onderaan de tekst
timer
15:00

Slide 27 - Diapositive

Respuestas 19a
2

Slide 28 - Diapositive

Respuestas 19b
  1. Via de mail of via de telefoon.
  2.  De prijzen zijn heel voordelig.

Slide 29 - Diapositive

19c

Slide 30 - Diapositive

Ejercicio 20 (WB blz. 92)

  • Lees de vragen van ejercicio 20 goed door (je weet dan waar je op moet letten bij het luisteren)
  • We luisteren twee keer naar het fragment 
  • Dit fragment hoort bij een advertentie
  • Kruis de juiste antwoorden aan terwijl je luistert

timer
8:00

Slide 31 - Diapositive

Respuestas ej.20 (WB blz. 92)
  1. 110 euro
  2. langer dan 8 kilometer
  3. op vrijdag en zaterdag
  4. 's ochtends en 's middags

Slide 32 - Diapositive

Ejercicio 21 (WB blz. 92)

  • Lees de vragen van ejercicio 21 goed door (je weet dan waar je op moet letten bij het luisteren)
  • We luisteren twee keer naar het fragment 
  • Dit fragment hoort bij een advertentie
  • Kruis de juiste antwoorden aan terwijl je luistert

Slide 33 - Diapositive

Ejercicio 22a + 22b (WB blz. 93)
Combina y escribe --> combineer en schrijf :-)
timer
10:00

Slide 34 - Diapositive

22a
22b

Slide 35 - Diapositive

Overzicht toetsen
Grote toets:
  • Eindtoets H6 (toetsweek) --> grammatica + woordenschat  

Nog één opdracht voor in het portfolio:
  • vlog-opdracht (O/V/G) --> uitleg krijgen jullie volgende week (inleveren op 2 juni)

Slide 36 - Diapositive

Woordenschat oefenen
play.blooket.com/play
H6.2:
bron F, G, H

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive