Leçon 2 Je me présente

Leçon 2:                    se présenter
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Leçon 2:                    se présenter

Slide 1 - Diapositive

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
In deze les ga je twee dingen leren
- vragen hoe iemand heet en vertellen hoe jezelf heet
- vragen hoe het met iemand gaat en vertellen hoe het met jou gaat

Dit gaan we doen aan de hand van een filmpje en een paar opdrachten

Slide 2 - Diapositive

Vidéo: se présenter
We bekijken een video een aantal keer:

Opdracht 1: schrijf in je schrift de woorden op hoe de jongeren elkaar begroeten en hoe ze zichzelf voorstellen

Opdracht 2: wat valt je op aan hoe ze elkaar begroeten en wat valt je op aan de klassennamen?

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Lien

Welke woorden worden gebruikt in het filmpje om iemand te begroeten

Slide 5 - Question ouverte

Op welke manier stellen de Franse jongeren zich voor?

Slide 6 - Question ouverte

In het filmpje werd de zin gebruikt "Je m'appelle" Wat betekent dat?
A
Ik ben
B
Wij zijn
C
Ik heet
D
Jij heet

Slide 7 - Quiz

Wat zou dan het werkwoord "appeler" betekenen?
A
zijn
B
heten
C
worden

Slide 8 - Quiz

Om een werkwoord te gebruiken moet je het vervoegen. Wat is vervoegen

Slide 9 - Question ouverte

Le verbe s'appeler
Het werkwoord s'appeler betekent:
- heten
Om een werkwoord te gebruiken moet je het vervoegen:
Ik heet > Je m'appelle
Jij heet > Tu t'appelles
Hij heet > Il s'appelle
Zij heet > Elle s'appelle

Slide 10 - Diapositive

Maak de zin compleet. Wat moet er op de stippellijn komen te staan? Je..............Joris
A
t'appelle
B
s'appelle
C
m'appelle

Slide 11 - Quiz

Maak de zin compleet. Wat moet er op de stippellijn komen te staan
Elle.........Sophie

Slide 12 - Question ouverte

Maak de zin compleet. Wat moet er op de stippellijn komen te staan
Il.........Théo

Slide 13 - Question ouverte

Maak de zin compleet. Wat moet er op de stippellijn komen te staan
Tu.........Lucia

Slide 14 - Question ouverte

Vragen hoe iemand heet
Comment tu t'appelles? > Hoe heet jij?

Hoe kun je hier op antwoorden?


Slide 15 - Diapositive

Vragen hoe het gaat en daar op antwoorden
Comment ça va? > Hoe gaat het?

Ça va bien > het gaat goed
Ça va mal > het gaat slecht
Ça va comme ci comme ça > het gaat zo zo


Slide 16 - Diapositive

Wat zeg je als je weggaat/afscheid neemt?
A
salut
B
au revoir
C
bonjour
D
ciao

Slide 17 - Quiz

Une petite conversation
Rôle A: Begroet de ander
Rôle B: Groet terug
Rôle A: Vraag hoe de ander heet
Rôle B: Geef antwoord, en vraag hoe de ander heet
Rôle A: Geef antwoord, en vraag hoe het gaat met de ander
Rôle B: Geef antwoord, en vraag hoe het met de ander gaat
Rôle A: Geef antwoord, en neem afscheid
Rôle B: Neem afscheid

Slide 18 - Diapositive

Pour la prochaine leçon
Neem je aantekeningen uit je schrift door.

Leer woordjes 1 t/m 10 uit de woordenlijst

Slide 19 - Diapositive