Duidelijk formuleren

Taalverzorging 

4.1 Duidelijk formuleren




1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Taalverzorging 

4.1 Duidelijk formuleren




Slide 1 - Diapositive

Welke zin vinden jullie het beste?
A
Doordat de lat in het stadion van Heracles te laag was, werd de wedstrijd verlaat
B
Ik eet vanavond wel mee, maar niet als we spuitjes gaan eten
C
Wanneer de pannen niet nodig zijn, gebruik je indien nodig de frituurpan.
D
Aangezien wij zelf geen brood mee hebben, zijn wij naar de jumbo gegaan om een broodje carpaccio te halen

Slide 2 - Quiz

Hoe zien deze lessen eruit? 
- half uur instructie
- half uur tijd voor de opdrachten


Slide 3 - Diapositive

Doel 
         

                
                                      Je weet hoe je duidelijk kan formuleren 

    Slide 4 - Diapositive

    Wat gebeurt er als je in de zorg onduidelijk communiceert?”

    Slide 5 - Diapositive

     Fouten met medicatie, verkeerde zorginstructies, angst bij patiënten.

    Slide 6 - Diapositive

    Slide 7 - Vidéo

    Wat is vakjargon?

    Slide 8 - Question ouverte

    Hoe kun je duidelijk communiceren? 
    • kies de juiste woorden: niet te lang, niet te moeilijk, niet te vaag 
    • pas op met vakjargon
    • formuleer kort en bondig
    • gebruik actieve zinnen en geen overbodige werkwoorden 
    • formuleer positief
    • wees concreet: benoem bij de naam
    • gebruik geen afkortingen


    •  

    Slide 9 - Diapositive

    Juiste woorden
    skip zinnen met: een beetje, even, straks, gewoon, 

    - we komen straks bij u kijken
    - u moet regelmatig drinken 
    u voelt zich misschien een beetje raar 



    Slide 10 - Diapositive

    Maak de zin duidelijker:
    U krijgt de medicatie straks.

    Slide 11 - Question ouverte

    Gebruik actieve zinnen
    Een actieve zin: 
    vertelt wie de handeling uitvoert 
    er zitten weinig werkwoorden in de zin

    Voorbeeld: 

    “Ik geef de medicijnen om 14:00” 
    in plaats van “De medicijnen worden om 14:00 gegeven".

    Slide 12 - Diapositive

    Maak de zin actief:
    Er wordt bloed afgenomen."

    Slide 13 - Question ouverte

    Verbeter deze zin: 
    "Mevrouw lijkt een beetje in de war. Misschien heeft ze vannacht slecht geslapen. Arts op de hoogte gesteld

    Slide 14 - Diapositive

    Slide 15 - Vidéo

    Opdrachten
    4.1  Duidelijk formuleren alle opdrachten 

    Slide 16 - Diapositive