Quiz fasen BK1

• Nask / Techniek
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

Welke fase heeft stoom?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase heeft rijp?
(zie blz. 112)

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase heeft waterdamp?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase heeft ijs?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase heeft water?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase heeft condens?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase heeft sneeuw?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase verandering
voor het maken van ijsblokjes

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase hebben druppels?

1. gas
2. vloeibaar
3. vast

Welke fase verandering
voor het ontdooien van het vriesvak

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
de spiegel in de badkamer beslaat

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
voor aardappels koken

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
de weg droogt na een regenbui

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
de was droogt aan de waslijn

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
een bril beslaat door de kou

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
ijsblokjes in limonade doen

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
koud glas cola beslaat aan de buitenkant

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren

Welke fase verandering
bakje water in de diepvries doen

1. stollen
2. smelten
3. verdampen
4. condenseren