Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
aiToolsTab
Beta
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Spelling paragraaf 4, verkleinwoorden
Spelling paragraaf 4
Verkleinwoorden
1 / 27
suivant
Slide 1:
Diapositive
Spelling
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Cette leçon contient
27 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Spelling paragraaf 4
Verkleinwoorden
Slide 1 - Diapositive
Leerdoel
Na de lessenserie ken je de regels van de verkleinwoorden en kun je de regels toepassen
Slide 2 - Diapositive
Welke regels voor het maken van verkleinwoorden ken je?
Slide 3 - Carte mentale
-je
- Zelfstandig naamwoorden eindigen meestal op -je
- de kaas
het
kaasje
- de worst
het
worstje
- het huis
het
huisje
Slide 4 - Diapositive
-pje
woorden die eindigen op -m krijgen -pje als uitgang
- de boom het boom
pje
- de zoom het zoom
pje
- het geheim het geheim
pje
Slide 5 - Diapositive
-tje
Soms krijg je de uitgang - tje
- de lepel het lepel
tje
- de stoel het stoel
tje
- het ding het dinge
tje
Slide 6 - Diapositive
-etje
De medeklinker wordt verdubbeld als er een korte klinker is (niet bij alle woorden)
- de ster het ste
rr
e
tje
- de pop het po
pp
e
tje
Slide 7 - Diapositive
-tje
Woorden die eindigen op een lange klinker (a, é, o, u) krijgen een verdubbeling van de klinker en -tje
- de auto het aut
ootje
- de paraplu het parapl
uutje
- de logé
het log
eetje
Slide 8 - Diapositive
-tje
Woorden die eindigen op -i krijgen als uitgang -ietje
- de taxi het tax
ietje
- de ski het sk
ietje
Slide 9 - Diapositive
'tje
Woorden die eindigen op -y en afkortingen
- de baby het baby
'tje
- de hobby het hobby
'tje
- de usb het usb
'tje
Slide 10 - Diapositive
-nkje
Woorden die eindigen op -ng krijgen als uitgang - nkje
- de woning het woni
nkje
- de koning het koni
nkje
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Vidéo
Wat is het verkleinwoord?
logo
Slide 13 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
sms
Slide 14 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
paard
Slide 15 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
beloning
Slide 16 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
foto
Slide 17 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
bikini
Slide 18 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
gsm
Slide 19 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
envelop
Slide 20 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord?
baby
Slide 21 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord van...
app?
Slide 22 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord van...
radio?
Slide 23 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord van...
la?
Slide 24 - Question ouverte
Wat is het verkleinwoord van
hyena
A
hyenatje
B
hyena'tje
C
hyenaatje
Slide 25 - Quiz
Wat is het verkleinwoord van
jongen
A
jongentje
B
jongetje
Slide 26 - Quiz
Opdracht
Nieuw Nederlands, Cursus 7, paragraaf 4
Maak opdracht 1, 2 en 4B
Slide 27 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
OB Verkleinwoorden
February 2023
- Leçon avec
21 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
February 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
October 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
March 2022
- Leçon avec
18 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
January 2021
- Leçon avec
21 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
May 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
June 2022
- Leçon avec
25 diapositives
Spelling
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Verkleinwoorden
June 2022
- Leçon avec
31 diapositives
Spelling
MBO
Studiejaar 1