Medicatie bij diabetes

 GMK Diabetes
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeneesmiddelenkennisMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

 GMK Diabetes

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diabetes type 1 & 2 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diabetes type 1 en type 2

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je al van over medicatie bij diabetes?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling Diabetes type 1
  • Toedienen insuline via pen 
  • SC
  • 90 graden
  • instelling per patiënt verschillend

Slide 6 - Diapositive

Het kan echter niet als tablet worden geslikt. Insuline is een eiwit en zou door vertering in uw maag onwerkzaam worden gemaakt
glucosesensor en insulinepomp

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Insuline toedienen met insulinepen
  • 10x zwenken (langwerkend, troebel)
  • Ontluchten 2 EH wegspuiten
  • Eenheden instellen
  • Laten controleren 
  • Prikken zonder huidplooi
  • Na injecteren naald 10 tellen laten zitten.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Soorten insuline
  • Kortwerkend (binnen 10-30 min, 2-8 uur lang):
    lispro, aspart (novorapid) toedienen voor de maaltijd
  • Middellangwerkend (binnen 1-2 uur, 14.-24 uur lang):  NPH-insuline (insulatard)
  • Langwerkend (binnen 1-2 uur, 24- 36 uur lang):
    glargine (lantus) Iedere dag op zelfde tijdstip toedienen
  • mix van middellang en lang: Novomix

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom wordt insuline altijd per injectie gegeven?
A
Dan wordt het sneller opgenomen
B
Dan kan je nauwkeuriger doseren
C
Het wordt als tablet afgebroken in de maag
D
Dat hoeft niet per se, het kan ook als tablet

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat is het verschil tussen insuline aspart en insuline glargine?
A
insuline aspart is langwerkend en insuline glargine is kortwerkend
B
insuline aspart is kortwerkend en insuline glargine is langwerkend
C
insuline aspart is kortwerkend en insuline glargine is middellangwerkend

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel insuline spuiten we weg voor het gebruik van een insulinepen?
A
2
B
4
C
6
D
8

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Behandeling diabetes mellitus type II
  • Meer bewegen en afvallen
  • Bloedglucose verlagende middelen/ orale antidiabetica
  • Metformine: eerste keus, remt productie glucose in de lever en maken de cellen gevoeliger voor insuline
  • Gliclazide, glimiperide stimuleert alvleesklier → insuline↑ Bijwerkingen: Hypoglykemieën en gewichtstoename

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Medicatie bij hypoglykemie
  • Glucagon: hormoon → opgeslagen glycogeen komt vrij
  • Glucagon voor injectie of glucagon neusspray.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maakt cellen gevoeliger voor insuline
Stimuleert alvleesklier om meer insuline te maken

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Kortwerkende insuline
Middellangwerkende insuline
Langwerkende insuline
Lantus
Novorapid
Insulatard
Aspart
NPH-insuline

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk medicijn moet worden gegeven bij een hypoglykemie?
A
B
C
D

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vul je schema verder in

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions