Wervelfractuur en vista kraag

Wervelfractuur 
en
Vista kraag
1 / 39
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 39 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Wervelfractuur 
en
Vista kraag

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van de les
Aan het einde van de les kan de student vertellen wat:
- de functie van de wervelkolom is
- wat een wervelfractuur is
- wat  de gevolgen zijn van een wervelfractuur
- welke behandelingen er zijn voor een wervelfractuur

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wervelkolom 
  • Loopt van schedel tot staartbeen
  • Bestaat uit 24 wervels
  • Tussen de wervels zitten tussenwervelschijven
  • In elk wervel zit ook weer een gat.                                                       Samen vormen ze het wervelkanaal daar                                    loopt het ruggenmerg door.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Halswervels - cervicale wervels
  • 7 halswervels
  • 1e atlas
  • 2e draaier - axis.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Borstwervels - thoracale wervels
  • 12 borstwervels
  • Aanhechtplaats voor de ribben.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lendewervels 
  • 5 lendenwervels
  • Grootste en zwaarste wervels.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sacrale werverls
bestaande uit vijf vergroeide wervels (S1-S5), 
vormen samen het heiligbeen 
en spelen een cruciale rol in de 
verbinding tussen de wervelkolom 
en het bekken.
Staartbotje ( coccyx)

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Anatomie wervels

Onze wervelkolom:
  • Zorgt voor stabiliteit van het lichaam
  • Beschermt het ruggenmerg
  • Bevat tussenwervelschijven, die zorgen
      voor flexibiliteit en bescherming tegen stoten

Slide 8 - Diapositive

Voordat je de klachten van een HNP kunt begrijpen, zal je de anatomie van de wervelkolom moeten kennen.
In de wervelkolom treffen we van boven naar beneden de volgende wervels aan.
  • In de nek vinden we de zeven nekwervels. De bovenste draagt de schedel en heet de atlas. De tweede heet de draaier (Axis), omdat deze wervel een spil heeft waaromheen de atlas, en dus ook het hoofd, draait. De halswervelkolom is erg beweeglijk. We kunnen ons hoofd alle kanten op bewegen.
  • Na de hals volgen de twaalf borstwervels. Aan deze wervels zitten de twaalf ribben vast. De borstwervelkolom is daardoor veel minder beweeglijk.
  • Dan volgen de vijf lendenwervels. Deze wervels zijn groot en stevig en laten ook weer veel beweging toe.
  • Nog verder naar onderen zijn er geen aparte wervels meer, maar zijn vijf wervels vergroeid tot het heiligbeen. Het heiligbeen vormt een onderdeel van het bekken.
  • Ten slotte komen we bij de staartbeenwervels, die vergroeid zijn tot het staartbeentje (het stuitje).

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wervelboog: Heeft uitsteeksels waar banden en spieren zich aan kunnen hechten. Vormt samen met wervellichaam kanaal voor wervelzenuwen. 
Gele ligamenten: Elastische verbinding tussen wervels. 
Tussenwervelgat: Gat tussen 2 wervels in. Vanuit hier kunnen zenuwen de wervelkolom verlaten. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruggemerg
De grijze stof heeft als functie het verwerken van informatie, terwijl de witte stof de communicatie tussen de zenuwcellen verzorgt.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ruggenmerg in wervels

Slide 12 - Diapositive

Zoals je ziet wordt het ruggenmerg beschermd door de ruggenwervel. Vanuit openingen in die wervel lopen zenuwen naar verschillende lichaamsdelen.

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wervelletsels 
Letsel aan de wervels (cervicaal, thoracaal en lumbaal) 
24 wervels tussen schedel en bekken 
Beschadiging ruggenmerg --> dwarsleasie 

Voorbeelden: 
  • Whiplash, beschadiging van de banden, spieren of botten
     in de nek.
  • Wervelfractuur, stabiel of instabiel --> een breuk in één van
     de wervels.
  • Dwarsleasie 

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wervelletsel vs Neurotrauma
- Wervelletsel of neurotrauma. 
 
- Letsel door ongeval aan de wervels: Wervelletsel. 
- Beschadiging van zenuwweefsel via schedel o.i.d.: Neurotrauma. 
 
VB: Wervelletsel 
- Whiplash 
- Wervelfractuur > Dwarslaesie 

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wervelfractuur 
Breuk in een wervel:
  • Stabiel; paar dgn platte bedrust, fysio, korset, kraag, pijnstilling
  • Instabiel; operatie of 4-6 wkn bedrust


Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Boomstamverpleging
  • Log roll
Draaien van een patiënt met
een instabiele wervelfractuur

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instabiel; spondylodese

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Spondylodese
Wat is het?
Spondylodese is een operatie die wordt uitgevoerd bij bepaalde afwijkingen aan de wervelkolom. Bij de operatie worden 2 of meerdere wervels aan elkaar vastgezet, dit om te zorgen voor stevigheid in de rug. 
Waarom?
- Breuk in de rug
- Eerdere operatie aan de rug
- Slijtage aan de wervels
- Tumor of ontsteking op de wervels
- Ook wordt de behandeling uitgevoerd bij scoliose. Hierbij staat de wervelkolom gebogen. Het vastzetten van die wervels zorgt ervoor dat de rug recht gezet wordt.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Laminectomie
Wat is het?
Operatie die wordt uitgevoerd bij stenose. Door slijtage is daarbij het wervelkanaal vernauwd. Bij laminectomie zorgen ze voor ruimte in het knaal. Daarbij worden 1 of meerdere wervelbogen verwijderd, vervolgens ook de gele ligmenten. Die gele ligmenten zijn vaak verdikt bij slijtage, wat ook voor vernauwing zorgt. Daarna wordt er naar het ruggenmerg gekeken of alles vrij ligt. Hier is soms ook nog een hernia te zien, deze wordt dan ook gelijk verwijderd. Mocht de ruimte dan nog te klein zijn, worden de tussenwervelgaten ook weleens groter gemaakt. Laminectomie duurt ongeveer 60 minuten.
Wervelboog: Heeft uitsteeksels waar banden en spieren zich aan kunnen hechten. Vormt samen met wervellichaam kanaal voor wervelzenuwen. 
Gele ligamenten: Elastische verbinding tussen wervels. 
Tussenwervelgat: Gat tussen 2 wervels in. Vanuit hier kunnen zenuwen de wervelkolom verlaten. 

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Instabiel (zonder operatie)

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stabiel

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenen!

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Dwarslaesie
Onderbreking van het ruggenmerg. 

Vaak door een ongeval waarbij de rug breekt. Wervelfractuur geneest wel weer. Het ruggenmerg kan ook ‘breken’ dit geneest niet meer. 

Komt vooral voor bij de beweeglijkste delen van de wervelkolom, 
- nek (hoge dwarslaesie)  
- lenden (lage dwarslaesie).

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Symptomen dwarslaesie
Uitval motoriek
Incontinetntie
Huid
stoornissen
Problemen AH
Verstoorde temp
regulatie
Uitval gevoel
Spasmen
Seksuele 
stoornissen
Zenuwpijn
Ontregelde bloeddruk

Slide 27 - Diapositive

Niet alle dwarslaesies geven dezelfde symptomen, omdat de symptomen afhankelijk zijn van waar de beschadiging in het ruggenmerg zit en of het een complete of incomplete dwarslaesie is. Sommige symptomen gelden wel voor iedere dwarslaesie, zoals verlamming van lichaamsdelen. Hoe hoger de dwarslaesie zit, hoe meer uitvalsverschijnselen er zullen zijn. De meest voorkomende algemene symptomen zijn:
Uitval van de motoriek onder het niveau van de laesie; niet meer kunnen bewegen. Doordat de afdalende motorische zenuwbanen in het ruggenmerg worden onderbroken, kan het signaal vanuit de hersenen de spieren niet meer bereiken. De spieren verlammen, spiermassa wordt afgebouwd en spierkracht gaat verloren. Tevens zijn spastische bewegingen mogelijk.
Uitval van het gevoel onder het niveau van de laesie: door een onderbreking van de opstijgende structuren ontstaan stoornissen in de sensibiliteit. Er is geen gevoel meer voor pijn, temperatuur en druk en de lichaamstemperatuur wordt slecht gereguleerd.
Door de sensibiliteitsuitval voelen zorgvragers hun lichaam niet meer. Het gevoel voor de positie van ledematen gaat verloren. Transpireren is vaak een teken dat er ergens iets mis is. Pijn wordt dus niet of ergens anders in het lichaam gevoeld.
Incontinentie van urine en ontlasting; zorgvragers met een dwarslaesie hebben een verlies van de beheersing over de blaas- en darmspieren. Bij blaasproblemen zie je bij de lage dwarslaesies vaak een slappe blaas, er kan dan ongewild urineverlies optreden bij hoesten, persen of transfers (verhoogde buikdruk). Bij een hogere dwarslaesie zie je vaak een zogenoemde ‘reflexblaas’, de zorgvrager kan de urinelozing niet meer bewust beïnvloeden. Hij voelt de aandrang niet meer. Een reflexblaas kan samentrekken op onvoorspelbare momenten.
De darmproblemen kenmerken zich door geen of in mindere mate controle over de sluitspieren van de darmen. De zorgvrager voelt niet dat de darmen geleegd moeten worden.
Spasmen: er kan sprake zijn van ongecontroleerd samentrekken van de spieren.
Huidstoornissen: de huid is slecht doorbloed, droog en dun en kan daardoor gemakkelijk kapotgaan. Huid die eenmaal kapot is, geneest slecht.
Seksuele stoornissen; bij mannen komt een onbewuste erectie nogal eens voor, de zorgvrager is niet meer in staat om dit onder controle te houden. Ook is het mogelijk dat reflexen (de erectiereflex en de ejaculatiereflex) los van elkaar voorkomen: er is wel een erectie maar geen zaadlozing, of omgekeerd: er is een zaadlozing zonder erectie.
Ruim 90 % van de mannen met een complete dwarslaesie is steriel en dus niet in staat om kinderen te verwekken. De vrouw met een dwarslaesie is wel vruchtbaar en kan kinderen krijgen, al zal bij de bevalling, omdat de vrouw niet mee kan persen, vaak een tang of een vacuümextractie nodig zijn.
Een orgasme wordt bij zowel de man als de vrouw niet meer beleefd. Door de sensibiliteitsstoornis worden gevoelens niet meer waargenomen. Wel is het mogelijk een nieuwe erogene zone te ontdekken, een ander gedeelte van het lichaam dat de functie heeft overgenomen. Vaak is dit huidgedeelte het overgangsgebied tussen de gewone en de gestoorde sensibiliteit. Een orgasme kan nog wel op een andere manier ervaren worden als voorheen: zorgvragers met veel spasmen worden slap, zorgvragers met pijn worden even pijnvrij of spannen alle spieren met daarna totale ontspanning.
Een verstoorde temperatuurregulatie (bij een hoge laesie): geen temperatuurveranderingen (te warm of te koud) kunnen voelen, waardoor gemakkelijk onderkoeling of juist oververhitting kan ontstaan.
Een verminderde ademhaling (bij een hoge laesie): bij een hoge dwarslaesie zijn ook de rib- en buikspieren verlamd. Deze spieren worden onder meer gebruikt bij diep in- en uitademen en bij hoesten; het ademhalen gebeurt dan alleen door het middenrif. Als gewoon hoesten niet gaat, kan een opeenhoping ontstaan van slijm in de longen. Dit kan infectie geven.
Autonome dysregulatie: zorgvragers met een hoge dwarslaesie (boven thoracaal 6 of cervicale dwarslaesie) kunnen een plotselinge, heftige en levensbedreigende verhoging krijgen van hun bloeddruk. Dit staat bekend als een autonome dysregulatie en is een medische noodsituatie. Het is een overdreven reactie van het zenuwstelsel op een specifieke prikkel afkomstig vanuit het gebied onder de dwarslaesie. Er is een prikkel in het lichaam ontstaan die niet gevoeld wordt. Zo’n prikkel kan bijvoorbeeld een overvolle blaas of darm zijn. Deze prikkel veroorzaakt zenuwprikkels die naar het ruggenmerg gestuurd worden en waardoor er een reflex in gang gezet wordt, die de bloedvaten in de huid en onderbuik vernauwt. Omdat de huid en onderbuik veel bloedvaten bevatten, loopt de bloeddruk in het hele lichaam snel op. Verschijnselen die je hiervan kunt waarnemen zijn erg transpireren, rood verkleurde huid boven de laesie, toename van spasmen en plotselinge hoofdpijn. Vóór de dwarslaesie zouden de hersenen remmende signalen verzonden hebben om deze reflexreactie te beheersen.
Neuropathische pijn; zorgvragers met een dwarslaesie kunnen veel last hebben van neuropathische pijn (zenuwpijn).

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

wervelfractuur

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Je wervels
zijn aangegeven met......
2
3
4
5
A
nummer 2
B
nummer 3
C
nummer 4
D
nummer 5

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zijn wervels?
A
Botten in je ruggengraat
B
Botten in je been
C
Harde wind
D
Een groep dieren

Slide 31 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe zijn de Wervels verbonden?
A
Naden
B
Vergroeid
C
Kraakbeen
D
Gewricht

Slide 32 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel wervels heeft de wervelkolom?
A
33
B
30
C
32
D
28

Slide 33 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een wervel bestaat uit een wervellichaam, wervelboog en uitsteeksels
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

lumbale wervels
Thoracale wervels
Cervicale wervels

Slide 35 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

cervicale wervels
thoracale wervels
lumbale wervels
sacrale wervels
caudale wervels
Halswervels
Borstwervels
Lendenwervels
Heiligbeenwervels
Staartwervels

Slide 36 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Doel van de les
Aan het einde van de les kan de student vertellen wat:
- de functie van de wervelkolom is
- wat een wervelfractuur is
- wat  de gevolgen zijn van een wervelfractuur
- welke behandelingen er zijn voor een wervelfractuur

Zijn de doelen behaald?

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vragen?
VRAGEN?

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 39 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions