Amerikaanse Presidentsverkiezingen

De verschillen tussen Trump en Clinton
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapMBOStudiejaar 1-4

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 7 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

De verschillen tussen Trump en Clinton

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

Slide 3 - Lien

Wat gaan we doen:
We gaan zometeen een gedeelte van het debat tussen de presidentskandidaten bekijken. 

De 1e opdracht is om op de lichaamstaal en non-verbale uitingen van de kandidaten te letten.  

Doel van de les

– Je kunt kunt uitleggen waarom non-verbale communicatie belangrijk is bij campagne voeren. 

- Je kunt enkele verschillen tussen Democraten en Republikeinen benoemen. 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

1960
Het beroemde televisiedebat tussen Kennedy en Nixon laat heel goed het belang van lichaamstaal zien. 

Dat begon al met de fotosessie voorafgaand aan het debat: Kennedy positioneerde zichzelf rechts van Nixon en schudde Nixons hand. Hij legde daarbij zijn hand bovenop die van Nixon, waardoor hij zelf machtig over kwam, en Nixon zwakker leek.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Wie glimlacht er meer tijdens het debat?
A
Hillary Clinton
B
Donald Trump

Slide 9 - Quiz

Waarom denk je dat presidentskandidaten regelmatig glimlachen tijdens een verkiezingsdebat?
A
Presidentskandidaten willen sympathiek overkomen.
B
Presidentskandidaten glimlachen om de indruk te wekken dat ze de opmerking van de tegenstander niet serieus nemen.
C
Presidentskandidaten willen niet dat het publiek hem/haar te serieus vindt.

Slide 10 - Quiz

Wie ziet er het meest ontspannen uit?

Slide 11 - Question ouverte

Als je kijkt naar de lichaamstaal van beide presidentskandidaten, wie komt volgens jou dan overtuigender over: Clinton of Trump? Licht je antwoord toe.

Slide 12 - Question ouverte

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Wat gaat Hillary Clinton nu zeggen?
A
We willen een economie voor iedereen, niet alleen voor de rijken.
B
Ik ga zorgen voor meer banen in de wapenindustrie.
C
We willen meer ambtenaren aannemen die voor de overheid werken.

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Vidéo

Wat gaat Donald Trump nu zeggen?
A
Ik ga de belastingen enorm verlagen, voor grote en kleine bedrijven.
B
De overheid moet het minimumloon verhogen, zodat de economie eerlijker wordt.
C
We moeten ervoor zorgen dat vooral de rijken profiteren van de welvaart.

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Vidéo

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Vidéo

Wat vind je van de wapenwetgeving in Amerika?

Slide 24 - Question ouverte

Wat weet je over de wapenwetgeving in Amerika?

Slide 25 - Carte mentale

Noem zoveel mogelijk Amerikaanse Staten (nummer ze)

Slide 26 - Question ouverte

Noem zoveel mogelijk Amerikaanse Presidenten (Nummer ze)

Slide 27 - Question ouverte