H6 Schrijven - Schrijven voor publiek

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Nederlands 28-5

Wat gaan we doen vandaag?

1. Controle aanwezigheid
2. Ontvangen e-mails
3. Schrijven voor publiek theorie 
4. Opdrachten maken
   

Ontvangen e-mails

Veel goeie e-mails ontvangen! 

Enkele tips:

1. Controleer na het schrijf ALTIJD je spelling. Heb je fouten gemaakt? 
2. Check of je een komma na de aanhef hebt gezet. 
3. Heb je gewerkt met alinea's? 

Nog krijgen van: Mohammad, Jerhandsley, Imane, Rachel, Celina, Djahninyo en Yannick

Ontvangen e-mails

Veel goeie e-mails ontvangen! 

Enkele tips:

1. Controleer na het schrijven ALTIJD je spelling. Heb je fouten gemaakt? 
2. Check of je een komma na de aanhef hebt gezet. 
3. Heb je gewerkt met alinea's? 

Nog krijgen van: Nicalae & Peter

Niet gestuurd = niet aanwezig

Ontvangen e-mails

Veel goeie e-mails ontvangen! 

Enkele tips:

1. Controleer na het schrijf ALTIJD je spelling. Heb je fouten gemaakt? 
2. Check of je een komma na de aanhef hebt gezet. 
3. Heb je gewerkt met alinea's? 

Nog krijgen van: Mohamed, Robinho, Lucas, Chanel en Nilay

Niet gestuurd = niet aanwezig

https:

Belangrijke dingen

1. Als je een tekst gaat schrijven, houd je rekening met het publiek.
2. Dus voor wie schrijf jij je tekst? Jonge of oudere mensen?
3. Pas je taalgebruik aan aan je publiek. -> moeilijke/makkelijke woorden?
4. Let op de opmaak (lay-out). -> plaatjes of geen plaatjes?
5. Heb je rekening gehouden met je publiek? Dan heb je een grotere kans dat je boodschap overkomt.
   

Even checken

• Via Lessonup krijg je een aantal vragen. Deze beantwoord je eerst (weet je iets niet? Gebruik je boek!). 

• Daarna ga je aan de slag met de opdrachten uit het boek.

Basis: hoofdstuk 6 Schrijven: startopdracht + opdracht 1, 2, 3 en 4 

Kader: hoofdstuk 6 schrijven: startopdracht + opdracht 1 t/m 3

• Ben je klaar? Stuur mij een foto van je werk via Teams. 
  

Wat wordt bedoeld met 'publiek'?

Herschrijf dit stukje zodat het voor een jonger publiek geschikt is:
Meer informatie kunt u aanvragen op de website.

Voor een jonger publiek mag je...

1. de lezer aanspreken met 'u'.
2. afbeeldingen, grote koppen en verschillend lettertype gebruiken.
3. weinig tot geen plaatjes toevoegen
4. hippere woorden gebruiken

Kijk naar het plaatje. Voor welk publiek is deze tekst. Waar zie je dat aan?

En nu... 

Nu ga je aan de slag met de opdrachten uit het boek.  

Basis: hoofdstuk 6 Schrijven: startopdracht + opdracht 1, 2, 3 en 4  

Kader: hoofdstuk 6 schrijven: startopdracht + opdracht 1 t/m 3 

 

Ben je klaar? Stuur mij een foto van je werk via Teams.