KW 2025 - 19 - 3H | Kapitel 5 | II Schreibecke

1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Vertaal: het beroep
A
der Beruf
B
der Kollege
C
der Job
D
die Freizeit

Slide 11 - Quiz

Vertaal: het bedrijf, de firma
en let op hoofdlettergebruik

Slide 12 - Question ouverte

sich bewerben
der Schreibtisch
umweltfreundlich
eine Lehre machen
Spaß haben
die Leistung
trainieren
die Gastronomie
die Wirtchaft
das Studium
solliciteren naar
het bureau
plezier hebben
een vakopleiding doen
mileuvriendelijk
de prestatie
trainen
de horeca
de economie
de studie

Slide 13 - Question de remorquage

Wer ist dafür (verantwoordelijk)?
Vertaal verantwoordelijk
A
begleitend
B
zuständig
C
verantwortelich
D
gegenständig

Slide 14 - Quiz

(Misschien) werde ich später einen Profispieler, wer weiß....
Vertaal misschien
A
Veilliecht
B
Vielliecht
C
Veilleicht
D
Vielleicht

Slide 15 - Quiz

Die Schüler fanden die Mathe Klassenarbeit (het moeilijkst)
A
schweiriger
B
schwerer
C
am schwierigsten
D
am schwersten

Slide 16 - Quiz

Als (bijbaan) arbeitete sie als eine Kellnerin in einer Bierstube.
Vertaal ‘de bijbaan’
A
der Nebenjob
B
der Wettbewerb
C
der Studentenjob
D
der Sozialjob

Slide 17 - Quiz

Vertaal: de aanvulling
A
die Anfüllung
B
die Ergänzung
C
die Unternehmung
D
die Veranstaltung

Slide 18 - Quiz

Die Schüler antworteten (verschillend).
Vertaal: verschillend

Slide 19 - Question ouverte

Es wird im Supermarkt (plaatsvinden)
A
sich platzen
B
platz haben
C
stattfinden
D
freihaben

Slide 20 - Quiz

(het loon) war ausreichend um sich einen tollen Wagen zu kaufen.
A
das Gebühr
B
das Geld
C
das Lohn
D
das Gehalt

Slide 21 - Quiz

die Arbeitszeiten
sich bewerben für
brauchen
sich beschäftigen mit
der Schulabschluss
der Unterschied
der Chef
vielleicht
entschlossen
das Gehalt
de werktijden
solliciteren naar
het diploma
zich bezighouden met
nodig hebben
het verschil
de chef
mischien
vastbesloten
het loon

Slide 22 - Question de remorquage

Die Wasserrutsche im Hallenbad war (gratis) zu benutzen.
Vertaal: gratis
A
ein schnäppchen
B
umsonst
C
kostenfrei
D
köstlich

Slide 23 - Quiz

timer
7:00

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

timer
7:00

Slide 28 - Diapositive

timer
7:00

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

3H3

Slide 32 - Diapositive

3H1

Slide 33 - Diapositive