H7.4 inhoud en oppervlakte balk

H7 Meten
1 / 37
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 37 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H7 Meten

Slide 1 - Diapositive

 Vandaag
- Nakijken : opgave 1 t/m 13
- Uitleg : Oppervlakte /inhoud met vragen via lesson-up
- Te maken opdrachten: 14 t/m 20

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
aan het einde van de les kan je oppervlakte opdelen in rechthoeken en het gehele oppervlakte berekenen
aan het einde van de les kan je inhoud van een balk en omrekenen naar inhoudsmaten kunnen

Slide 3 - Diapositive

H7.4 oppervlakte en inhoud

Slide 4 - Diapositive

Terugblik tot nu toe

Slide 5 - Diapositive

Terugblik

Grootheid       
Iets wat je kunt meten. Een verzamelnaam van een aantal eenheden.

 
Eenheden (maten)
Een woord/letter/symbool dat het getal ervoor of erna een waarde geeft.

     

Voorbeelden: lengte, oppervlakte, inhoud, gewicht, temperatuur, tijd, geld, snelheid, ..
Voorbeelden: km, m², l, kg, uren,€, m/s 

Slide 6 - Diapositive

lengtematen 

Slide 7 - Diapositive

omtrek en oppervlakte

Omtrek (km, m, cm, ..)
De lengte van de rand van een figuur (eromheen).

Oppervlakte (hectare, m², .. )
Het aantal keer dat een oppervlaktemaat op het figuur past.

Slide 8 - Diapositive

Oppervlakte-eenheden

Slide 9 - Diapositive

omtrek-eenheden

Slide 10 - Diapositive

Oppervlakte berekenen.
Verdeel de oppervlakte in figuren 
die je kan berekenen.


Slide 11 - Diapositive

Inlijsten gebruiken bij oppervlakte

Stappenplan 

Stap 1    Neem het figuur over en lijst hem in (stippellijnen).
Stap 2   Zet alle afmetingen erbij.
Stap 3   Bereken eerst de oppervlakte van het rechthoek (geheel). 
Stap 4   Bereken de oppervlaktes van alle overige figuren. 
Stap 5   Opp figuur = opp rechthoek - opp rest.  
Stap 6   Geef je antwoord en controleer deze (Logisch? Eenheden?).

Slide 12 - Diapositive

Oppervlakte berekenen.
Verdeel de oppervlakte in figuren 
die je kan berekenen.


Slide 13 - Diapositive

Welke lengte eenheden missen in dit rijtje?
km - ... - dam - m - dm - ... - mm
A
hm - dm
B
cm - mm
C
hm - cm
D
hm - mm

Slide 14 - Quiz

Welk woord uit het volgende rijtje is een eenheid?
Lengte, snelheid, meter en temperatuur
A
Lengte
B
Snelheid
C
Meter
D
Temperatuur

Slide 15 - Quiz

Welke lengte eenheid is het kleinst?
A
millimeter
B
hectometer
C
centimeter
D
decimeter

Slide 16 - Quiz

Wat is de eenheid van omtrek?
A
m
B
C
dm²
D

Slide 17 - Quiz

De omtrek bereken ik door
A
de lengten van alle zijden bij elkaar op te tellen
B
de lengte met de breedte te vermenigvuldigen

Slide 18 - Quiz

Wat is de omtrek ?
A
omtrek = 4x + 2h
B
omtrek = 2x + 4h
C
omtrek = x = h
D
omtrek = 4h + 2x

Slide 19 - Quiz

Wat is de omtrek?
A
58m
B
172m2
C
60m
D
200m2

Slide 20 - Quiz


De omtrek is
A
3+1+4+2+1 = 12 cm
B
3+1+4+2+6+1+1=18 cm
C
3+1+4+2+6+2+1+1=20 cm
D
3+1+4+2+6+2+2+1+1= 22 cm

Slide 21 - Quiz

Bereken de omtrek van de figuur

Slide 22 - Question ouverte

Bereken de oppervlakte van de figuur

Slide 23 - Question ouverte

Inhoud balk
Inhoud balk = grondvlak x hoogte
Inhoud balk = lengte x breedte x hoogte

Slide 24 - Diapositive

lengte maten - oppervlakte maten ² - inhouds maten ³
dm³ = l
cm³ = ml

Slide 25 - Diapositive

Van dm³ naar cm³ is...
A
x 100
B
: 100
C
x 1000
D
: 1000

Slide 26 - Quiz

5000000 cm³ = .........m³
A
5 m³
B
500 m³
C
50000 m³
D
2500 m³

Slide 27 - Quiz

Hoeveel milliliter is ?
3 cm3  
A
30 mL
B
3mL
C
0,3 mL
D
300mL

Slide 28 - Quiz

2000 cm³ =
A
2 liter
B
20 liter
C
200 liter
D
2000

Slide 29 - Quiz

2,16 dm³ = ... cl
A
216 cl
B
2160 cl
C
21,6 cl
D
0,216 cl

Slide 30 - Quiz



Wat is de inhoud?
A
3
B
4
C
12
D
36

Slide 31 - Quiz

Wat is de inhoud?
A
30cm3
B
15cm3
C
90cm3
D
28cm3

Slide 32 - Quiz

Wat is de inhoud?
A
12 liter
B
72 liter
C
24 liter
D
36 liter

Slide 33 - Quiz

Bereken de inhoud van
ruimtefiguur A in liters

Slide 34 - Question ouverte

Boer Pieters heeft een vierkant stuk land van 6400
zijn buurman heeft een langwerpig . rechthoekig stuk land van 0.22 km
bij 30 m. Boer Pieters is van mening dat hij het grootste stuk land heeft.
Ga met een berekening na of boer Pieters gelijk heeft.
m2

Slide 35 - Question ouverte

Oppervlakte of inhoud berekenen van een figuur

Stappenplan 

Stap 1    Maak zichtbaar wat je weet.
Stap 2   Zorg dat alle afmetingen dezelfde lengtemaat hebben.
Stap 3   Bereken de oppervlakte/ inhoud.
Stap 4   Geef antwoord op de vraag.
Stap 5   Controleer je antwoord. (Is het logisch? Eenheden?)

Slide 36 - Diapositive

 Vandaag
- Nakijken : opgave 1 t/m 13
- Uitleg : Oppervlakte /inhoud met vragen via lesson-up
- Te maken opdrachten: 14 t/m 20

Slide 37 - Diapositive