3k Lezen Tekstverbanden en signaalwoorden

Goedemorgen!
  • Doe je kauwgom uit.
  • Ga op een stoel zitten.
  • Leg de volgende spullen op tafel:
  1. Laptop
  • Doe je capuchon / pet / muts af.
Lesdoelen
  • Je kunt tekstverbanden herkennen met behulp van signaalwoorden. 
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Goedemorgen!
  • Doe je kauwgom uit.
  • Ga op een stoel zitten.
  • Leg de volgende spullen op tafel:
  1. Laptop
  • Doe je capuchon / pet / muts af.
Lesdoelen
  • Je kunt tekstverbanden herkennen met behulp van signaalwoorden. 

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Voorstellen
  • Regels
  • Herhaling
  • Uitleg
  • Klassikale
  • Jeugdjournaal
Planning
  • Voorlezen
  • Nabespreken schrijfopdracht
  • Uitleg §2
  • Zelfstandig werken

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nabespreken schrijfopdracht
Ik moet het gemaakte werk en de beoordeling weer terugkrijgen. 
Houd het dus netjes. 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstverbanden
Zinnen en alinea's staan niet op random plekken in een tekst.

Ze staan in een logische volgorde.
Ze hebben iets met elkaar te maken.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekstverbanden


Schrijvers gebruiken vaak signaalwoorden die laten zien wát de zinnen en alinea's met elkaar te maken hebben.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opsomming

Als in een tekst in vier stappen wordt uitgelegd hoe je een nieuw abonnement afsluit voor je mobiele telefoon, gebruikt een schrijver bijvoorbeeld de signaalwoorden:

ten eerste, ten tweede, vervolgens, ook, bovendien, ten slotte, tot slot

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tegenstelling

Als de schrijver duidelijk wil maken dat een nieuw abonnement een voordeel én een nadeel heeft, kan hij  de volgende signaalwoorden gebruiken:

maar, echter, daar staat tegenover, enerzijds/anderzijds, toch

Voorbeeldzin: Ik vind katten heel leuk, maar honden juist eng. 

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Reden

Waarom iemand iets doet of waarom iets gebeurt.

Signaalwoorden: omdat, want, daarom, immers

Voorbeeldzin: Ik ben te laat op school, omdat mijn band lek was. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld

Een uitspraak wordt gevolgd door een of meer voorbeelden.

Signaalwoorden: bijvoorbeeld, als, zo, zoals, voorbeeld

Voorbeeldzin: Er bestaan verschillende soorten roofvogels, zoals haviken, gieren en uilen. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig werken
Pak je laptop en ga naar Nieuw Nederlands.
Cursus 1 Meer dan lezen §2: Tekstverbanden en signaalwoorden
Maak opdracht 12A, 13A en 14A

Klaar? --> Rustig iets voor jezelf doen. 
timer
15:00

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions