1.1 Fictie

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

H1 Contact

Nederlands dit jaar

Boek en boekenlegger

Eerste opdrachten

Je weet wat spanningsvragen zijn. 

Nederlands jaar 2

1.1 Fictie

• Wat is fictie??
• Vul in bij vraag 1 (blz 8)
• Lezen Juul of fire
• Maken a en b (blz 9)

Boek en boekenlegger

Boeken lezen is belangrijk voor je taalontwikkeling

We kiezen een boek uit (of die heb je al meegenomen)

We maken een boekenlegger zodat je altijd weet waar je gebleven bent. 

Spanningsvraag

Een spanningsvraag zorgt dat je nieuwsgierig bent naar de afloop. Bijvoorbeeld "Waar zal het mislopen bij Juul."

Bedenk nu zelf 1 spanningsvraag. 

Aan de slag

Maken opdracht 3

Boekenlegger maken

Klaar? 

Boek uitkiezen en gaan lezen

1.1 

Nakijken 3

Verschil fictie en non-fictie

Personages

Lezen tekst 2

Maken opdracht 5

Klaar? 

Lees vast de teskten fictie en non fictie en personages door

Fictie

Verzonnen verhaal

Non-fictie

Waar gebeurd verhaal

Personages

Persoon in een verhaal = personage

Hoofdpersoon is de belangrijkste persoon van het verhaal

Je leest alle gedachtes en gevoelens van deze persoon. 

Aan de slag

Lees tekst 2 nog eens door (blz 9 t/m 11)

Maken opdracht 6 t/m 8 (blz 12)

Klaar? 

Lezen boek

1.1 Fictie

Nakijken 6 t/m 8

Uitleg beoordeelwoorden

1.1 afmaken

Opdracht 11a

Verzin meerdere beoordelingswoorden. 

Iedereen moet er zo tenminste 1 kunnen noemen

Herhaling: 

Personage: het belangrijkste persoon in een verhaal

Fictie: verzonnen verhaal

Nonfictie: waargebeurd verhaal

Spanningsvraag: Een vraag die een spannend verhaal oproept. 

Stiefkind

Samen lezen blz 13/ 14

Maken 10 t/m 12

Klaar? 

Maken 13, 14 en 15

Boek lezen