Herhaling tekstdoelen en tekstsoorten

Welkom!
Pak je leesboek.

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Welkom!
Pak je leesboek.

Slide 1 - Diapositive

Welkom!
Herhalen tekstdoelen

Slide 2 - Diapositive

De les vandaag:
1. Teksten: titel, alinea's, tussenkopjes
2. Tekstdoelen
3. Oefenen lezen

Slide 3 - Diapositive

Wat is het onderwerp van een tekst?

Slide 4 - Question ouverte

Onderwerp

Onderwerp -> waar de hele tekst over gaat, beschreven in één of een paar woorden  (dus geen hele zin).

Onderwerp vinden -> de titel, de eerste alinea, de tussenkopjes en de plaatjes (verkennend lezen)

Slide 5 - Diapositive

Wat vertellen tussenkopjes mij?

Slide 6 - Question ouverte

Titel 
en 
tussenkopjes

Slide 7 - Diapositive

Titel en tussenkopjes
Titel -> vetgedrukte regel boven een tekst. De titel noemt het onderwerp of geeft een aanwijzing voor onderwerp.

Tussenkopje -> titel van een tekstgedeelte

Slide 8 - Diapositive

Het Rijksmuseum in Amsterdam is sinds 1885 gevestigd aan het Museumplein. Het museum bezit een uitgebreide collectie kunstwerken uit de Nederlandse Gouden Eeuw, waaronder meesterwerken van Rembrandt, Vermeer en Frans Hals.

Slide 9 - Diapositive

Schrijf je vandaag nog in voor de Nationale Opschoondag en help mee jouw buurt schoner te maken! Samen zorgen we voor een schoner en leefbaarder Nederland. Aanmelden kan via www.nationaleopschoondag.nl.


Slide 10 - Diapositive

Deze film is echt een aanrader voor jong en oud. De acteurs zijn heel goed en het camerawerk is verrassend. De muziek is goed gekozen en het verhaal is geschikt voor alle leeftijden.

Slide 11 - Diapositive

Toen ik eindelijk die gigantische stapel was had weggewerkt, hoorde ik achter me een verdacht geritsel. De kat zat midden in de mand met schone sokken, alsof hij wilde zeggen: “Bedankt, dat was een heerlijk bedje!”

Slide 12 - Diapositive

Hoe maak je pannenkoeken:

Meng 250 gram bloem, 2 eieren en 500 ml melk tot een glad beslag.
Verhit een beetje olie in een koekenpan.
Giet een soeplepel beslag in de pan en bak de pannenkoek goudbruin aan beide kanten.
Herhaal tot het beslag op is. Serveer met stroop, suiker of vers fruit.

Slide 13 - Diapositive

Tekstdoel:
Informeren - > lezer informatie over iets uit de werkelijkheid geven.
Voorbeelden: nieuwsbericht, verslag, studieboek, (achtergrond)artikel, folder

Slide 14 - Diapositive

Tekstdoel:

Amuseren - > de lezer vermaken, zijn vaak verzonnen gebeurtenissen.
Voorbeelden: roman, strip, cartoon

Slide 15 - Diapositive

Tekstdoel:

Instrueren  - > de lezer vertellen hoe je iets moet doen
Voorbeelden: instructie, recept, bijsluiter

Slide 16 - Diapositive

Tekstdoel:
Overtuigen  - > de schrijver wil dat de lezer het met hem eens is 
Voorbeelden: betoog, ingezonden brief, filmbespreking

Slide 17 - Diapositive

Tekstdoel:
Activeren  - > de schrijver wil dat de lezer iets gaat doen. Voorbeelden: reclamefolder, advertentie, uitnodiging, affiche, flyer

Slide 18 - Diapositive

de lezer iets nieuws vertellen
de lezer vermaken of laten lezen voor zijn plezier
de lezer overhalen iets te doen
de lezer uitleggen hoe iets zit of hoe je iets doet
een mening geven en uitleggen waarom die mening waar is
informerende tekst
amuserende tekst
activerende tekst
instruerende tekst
overtuigende tekst

Slide 19 - Question de remorquage

Vertelt in één of enkele woorden waar de tekst over gaat
Een onderwerp bestaat vaak uit verschillende stukjes
Het stukje tekst bij een deelonderwerp
Geeft aan waar de alinea over gaat.
Onderwerp
Deelonderwerp
Alinea
Tussenkopje

Slide 20 - Question de remorquage

Wat is het verschil tussen een feit en een mening?

Slide 21 - Question ouverte

Feiten en meningen
Feit -> iets wat zo is, dat staat vast. Dingen die je kunt controleren, of onderzocht zijn.
  • Het is nu twaalf uur.
  • In deze chocoladereep zit suiker.
Mening -> iets wat iemand vindt. Ook wel: standpunt, oordeel, opinie, opvatting
  • Het is al laat.
  • Chocolade is lekker.

Slide 22 - Diapositive


Wat voor tekstdoel is dit?

A
activeren
B
informeren
C
instrueren
D
overtuigen

Slide 23 - Quiz

Wat voor soort tekstdoel is dit?
A
activeren
B
informeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 24 - Quiz

Wat voor soort tekstdoel is dit?
A
Overtuigend
B
Amuserend

Slide 25 - Quiz

Wat voor soort tekstdoel is dit?
A
informeren
B
amuseren
C
overtuigen
D
instrueren

Slide 26 - Quiz

https://www.cambiumned.nl/lezen-schrijven-en-spreken/lezen/
Oefening:
Schrijfdoelen en tekstsoorten

Slide 27 - Diapositive

Teksten van websites
Artikelen uit een krant of tijdschrift
Boeken
Interviews
Schoolboeken
Bronnen

Slide 28 - Carte mentale