H9.4 Oplossen met inklemmen deel 1

Huh? Klopt dit wel?
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Huh? Klopt dit wel?

Slide 1 - Diapositive

Planning
1. We maken eerst een afsluitende som van H9.3  Vergelijken en
    oplossen met balansmethode. 
     Zie blz. 172 som 35
2. Uitleg 9.4 Inklemmen met oefeningen
3. Controle H9.3 25 27 28 29 30 32 33 34 en 35 blz 168 tm 171

Huiswerk volgende les: H9.4  

Slide 2 - Diapositive

 Oplossen met grafieken

Slide 3 - Diapositive

Oplossen met grafieken

Slide 4 - Diapositive

Hoeveel is x in deze vergelijking?
3x + 20 = 35
A
x = 3
B
x = 5
C
x= 4
D
x = 6

Slide 5 - Quiz

Afsluiting H9.3  Balansmethode. 
     
  • Zie blz. 172 som 35
  • Pak, pen, papier, Geo en GR.
  • 7 minuten tijd om zelf te maken 
  • Daarna volgt uitleg
timer
7:00

Slide 6 - Diapositive

Lesdoelen H9.4
  • Je leert oplossingen te vinden door in te klemmen.
  • Je leert de afspraken die nodig zijn om op de juiste manier antwoorden te vinden met inklemmen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Oplossen met inklemmen

Slide 9 - Diapositive

Vergelijkingen oplossen met Inklemmen
Aan het eind van de les begrijp je hoe je een vergelijking moet oplossen door inklemmen.
9.4

Slide 10 - Diapositive

Waarom met inklemmen?
  • Proberen tot je het juiste getal gevonden hebt

  • Invoer en uitkomst opschrijven in een inklemtabel

  • Let op het aantal decimalen


  • Altijd één getal erboven en één eronder proberen


Slide 11 - Diapositive

Inklemmen
1. . Vergelijking:


2. Inklemmen:


3. Oplossing: 
1.Wat is de vergelijking?
2. Inklemmen: bv 
b = 70 geeft 5740
b = 80  geeft 7310
enzovoorts 

3. welke oplossing?

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Moet ik dit snijpunt
uitrekenen met behulp
van inklemmen?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quiz

Hoe precies moet je antwoord geven bij inklemmen?
A
gehele getallen
B
1 getal na de komma
C
2 getallen na de komma
D
dat verschilt per som

Slide 15 - Quiz

Je kan het!
Enkele oefeningen...

Slide 16 - Diapositive

Los op met inklemmen betekent:
A
Getallen invullen in de formule
B
Getallen opschrijven zonder tabel
C
Een oplossing zoeken door de grafiek te tekenen
D
Geen enkel antwoord is goed

Slide 17 - Quiz

Los de volgende vergelijking op met inklemmen:
2,50 + 0,50f = 15
A
f = 5
B
f = 30
C
f = 10
D
f = 25

Slide 18 - Quiz

Los de volgende vergelijking op met inklemmen:
2 + 3,50t = 37
A
t = 11
B
t = 10
C
t = 12
D
t = 8

Slide 19 - Quiz


Het aantal boeren in Nederland daalt sterk.
De formule die erbij hoort is:
Aantal boeren = 98 000 - 3 000 x tijd in jaren
In een krantenartikel wordt vermeld dat het aantal boeren is gedaald tot 80 000. Welke vergelijking hoort hierbij?
A
A = 80 000 - 3 000 x t
B
A= 98 000 - 80 000 x t
C
98 000 - 3 000 x t = 80 000
D
80 000 - 3 x t = 0

Slide 20 - Quiz


98 000 - 3 000 x t = 80 000
t: tijd in jaren
Bereken na hoeveel jaar het aantal boeren is gedaald  
naar 80 000.
Los de vergelijking op met inklemmen.

A
t = 20
B
t = 12
C
t = 10
D
t = 6

Slide 21 - Quiz


Los de vergelijking a2 + 3a = 418 
op met behulp van inklemmen
A
a = 17
B
a = 7,3
C
a = 83,2
D
a = 19

Slide 22 - Quiz

Huiswerk volgende les
blz. 174
Opgaven 37, 38, 39, 40, 41, 43, 44

Slide 23 - Diapositive