Naar de Franse Revolutie



Van pruiken naar Revolutie
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon



Van pruiken naar Revolutie

Slide 1 - Diapositive

Wat heb je geleerd aan het einde van de les?

Dat er een verband bestaat tussen de opkomst van de Franse Revolutie en de Verlichting

Slide 2 - Diapositive

Franse Revolutie

Slide 3 - Carte mentale


Welke standen kan jij benoemen?

Slide 4 - Question ouverte

Standenmaatschappij:
Een staat die gebaseerd is op standen




Slide 5 - Diapositive

1ste en 2de stand: Geestelijkheid en Adel
- Waren vrijgesteld van belasting.
- Hadden hun eigen rechtspraak.
Koning:
- Was absoluut: hij hoefde aan niemand verantwoording af te leggen.
3de stand: Burgerij
- Betaalde de belasting. 

Slide 6 - Diapositive

De Verlichting
Mensen met 'verstand' (rationeel) kunnen alles verklaren en de maatschappij verbeteren.  
Als je verlicht denkt, dan denk je in de vorm van feiten. 

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Wat is het gevolg van de verlichting op de Franse burgerij in de 18de eeuw? Leg uit!

Slide 9 - Question ouverte

Slide 10 - Diapositive

Wat is Deïsme?
A
Alleen de feiten tonen de waarheid. Dus god heeft nooit bestaan.
B
De wereld is door god geschapen, daarom kunnen rampen gezien worden als een straf van god.
C
De wereld is geschapen door god, maar god bemoeit zich er niet mee.

Slide 11 - Quiz

Kies de juiste volgorde
A
Adel, Geestelijkheid, Burgerij
B
Geestelijkheid, Burgerij, Adel
C
Burgerij ,Geestelijkheid , Adel
D
Geestelijkheid, Adel, Burgerij

Slide 12 - Quiz

Welke antwoorden zijn juist?
De oorzaken voor de Franse Revolutie
A
Alleen de 3de stand betaalde belasting.
B
Dankzij de verlichting werden burgers zich bewust van de ongelijkheid in de standenmaatschappij.
C
De koning kon doen wat hij wilde, dus ook met het belastinggeld.
D
De 1ste en 2de stand vormden samen het grootste gedeelte van de bevolking en daarom hadden ze recht op privileges.

Slide 13 - Quiz