36-1,2: Persoonvorm herhalen en onderwerp

• Nederlands
• Basisschool
• Middelbare school
• Groep 8

Persoonsvorm en onderwerp

Doel van de les:

We herhalen kort de persoonsvorm.

Aan het eind van de les kun je het onderwerp in een zin vinden.

Persoonsvorm

• maak de zin vragend (= de vraagproef)
• verander de zin in een andere tijd (=de tijdproef)
•  verander de hoeveelheid in de zin (=de getalproef)

Nu jij: wat is de persoonsvorm?
De kippen lopen door de tuin.

persoonsvorm?
Ik zit achter mijn computer.

persoonsvorm?
Gisteren heb ik televisie gekeken.

Ik kan nu de persoonsvorm vinden.

1. nee
2. ja

Onderwerp

• wie of wat + persoonsvorm / wie of wat doet iets?
•  zoek de pv en verander van getal: het deel dat mee verandert is het ow.

onderwerp?
Het is heel koud buiten.

onderwerp?
De auto's razen langs.

onderwerp?
Heb jij thuis een hele grote hond?

Is die stad zo groot?

Vanavond eten wij pasta.

Gaat jouw nicht morgen mee?

Ik kan nu het onderwerp vinden.

1. nee
2. ja