Taal periode 4 - kleding

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Waar wordt de meeste kleding geproduceerd?
A
Europa
B
Azië
C
Zuid-Amerika
D
Verenigde Staten

Slide 5 - Quiz

Waarom is kledingproductie zo vervuilend?
A
Door gifstoffen die in het water komen bij de kledingfabrieken
B
Doordat mensen teveel kleding weggooien
C
Door de co2 uitstoot bij het vervoeren van kleding wereldwijd
D
Omdat er veel bomen voor worden gekapt

Slide 6 - Quiz

Wie zijn de slachtoffers van die vervuiling?
A
Werknemers van de kledingfabrieken
B
Mode-liefhebbers
C
Mensen die vlakbij de fabrieken wonen
D
Iedereen

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

Probleem 2: fast-fasion

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Lien

Welk kledingmerk of winkel ken jij dat valt onder 'fast fashion'?

Slide 11 - Question ouverte

Slide 12 - Diapositive

Check je kleding
Op de volgende slide kan je klikken naar een website waar je kledingmerken kan 'raten' op duurzaamheid. 

Hier zie je het resultaat van Shein. 'We avoid', betekent dat je die winkel beter kan vermijden en er niets zou moeten kopen. 

Klik je erop, dan krijg je ook nog extra informatie: Hoe zijn ze voor de planeet, voor de mens en voor dieren? 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Lees + schrijfopdracht
-Open je document: taal periode 4 duurzaamheid en noteer een nieuwe titel onder je gemaakte werk: les 4: kleding
-Lees het artikel op de volgende dia over fast fashion en schrijf daarna opdracht 4.1 t/m 4.3.
4.1 Noem 5 redenen waarom fast fashion zo slecht is voor het milieu. 
4.2 Kopen van fast fashion is verleidelijk. In het artikel worden een aantal redenen genoemd hoe je de verleiding kan weerstaan. Schrijf er 2 op. 
4.3 Schrijf nu in lopen verhaal een persoonlijke tekst tussen de 80 en 100 woorden over jouw koopgedrag. Gebruik deze vragen daarbij:  Waar koop je je kleding? Hoeveel geef je uit aan een t-shirt of een spijkerbroek of schoenen? Ben je mode-gevoelig? Wat doe je met kleding die je niet meer wil? Koop je weleens tweedehands kleding? Wat zou jij anders kunnen doen voor het milieu wat betreft je kleding? 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien