5.3 koolstofkringloop

koolstofkringloop
5.3.1. Ik kan uitleggen wat de koolstofkringloop is
5.3.2. Ik weet welke schadelijke stoffen door verbrandingsreacties in de lucht terechtkomen
5.3.3. Ik kan uitleggen wat smog is en onder welke omstandigheden het ontstaat
5.3.4. Ik kan uitleggen wat het versterkte broeikaseffect inhoudt en wat de gevolgen kunnen zijn
5.3.5. Ik kan uitleggen wat biobrandstoffen zijn en voor- en nadelen benoemen
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

koolstofkringloop
5.3.1. Ik kan uitleggen wat de koolstofkringloop is
5.3.2. Ik weet welke schadelijke stoffen door verbrandingsreacties in de lucht terechtkomen
5.3.3. Ik kan uitleggen wat smog is en onder welke omstandigheden het ontstaat
5.3.4. Ik kan uitleggen wat het versterkte broeikaseffect inhoudt en wat de gevolgen kunnen zijn
5.3.5. Ik kan uitleggen wat biobrandstoffen zijn en voor- en nadelen benoemen

Slide 1 - Diapositive

Wat is de molecuulformule van dit molecuul?

Slide 2 - Question ouverte

Wat voor soort koolstofverbinding is dit?
A
Alkaan
B
Alkeen

Slide 3 - Quiz

Een alkaan heeft enkele bindingen
A
juist
B
onjuist

Slide 4 - Quiz

Hoe herken je een alkyn?

Slide 5 - Question ouverte

Uit welke stoffen bestaat lucht?

Slide 6 - Question ouverte

Samenstelling van lucht
gas
volume%
N2
78
O2
21
Ar
1
CO2
0,040
H2O
hangt af van T

Slide 7 - Diapositive

Wat betekent het woord 'kringloop'?

Slide 8 - Question ouverte

Wat denk je dat de koolstofkringloop inhoudt?

Slide 9 - Question ouverte

Koolstofkringloop
  1. CO2 en H2O ontstaan tijdens het verbranden van glucose in een plant
  2. CO2 en H2O komen in de lucht en grond
  3. de plant gebruikt CO2 en H2O tijdens fotosynthese om zuurstof en glucose te maken

Slide 10 - Diapositive

verstoorde koolstofkringloop
Naast de reguliere koolstofkringloop komt extra CO2 e H2O vrij bij verbranding van fossiele brandstoffen.

Slide 11 - Diapositive

koolstofkringloop
verstoorde koolstofkringloop

Slide 12 - Diapositive

Wat weten jullie van het broeikaseffect?

Slide 13 - Question ouverte

Het broeikaseffect
Het broeikaseffect ontstaat door broeikasgassen
Broeikasgassen zijn bijvoorbeeld
  • CO2
  • CO
  • NO
  • NO2 
  • H2O

Slide 14 - Diapositive

Het broeikaseffect
  • Het broeikaseffect ontstaat door broeikasgassen
  • De broeikasgassen zijn een soort ´deken´ over de aarde heen.
  • Zonder onze ´deken´ is het te koud op onze aarde
  • We hebben steeds meer broeikasgassen 
  • Onze deken wordt 'dikker'
  • Het wordt warmer op aarde



Slide 15 - Diapositive

Het broeikaseffect
  • Het broeikaseffect ontstaat door broeikasgassen
  • De broeikasgassen zijn een soort ´deken´ over de aarde heen.
  • Zonder onze ´deken´ is het te koud op onze aarde
  • We hebben steeds meer broeikasgassen 
  • Onze deken wordt dikker
  • Het wordt warmer op aarde

Het 'dikker worden' van onze deken heet het
versterkte broeikaseffect

Slide 16 - Diapositive

Hoe stoten wij broeikasgassen uit?

Slide 17 - Question ouverte

Luchtverontreiniging - smog
Smog

Slide 18 - Diapositive

Smog
smoke en fog
smoke komt van NOx en CxHy en roetdeeltjes

Slide 19 - Diapositive

NOx

Betekent:
NO
NO2
CXHY

Kan betekenen:
alkanen
alkenen
alkynen

Slide 20 - Diapositive

Verbranding

Slide 21 - Diapositive

Biobrandstof
Brandstof die gemaakt is van hernieuwbare grondstoffen

Slide 22 - Diapositive

Wat betekent hernieuwbaar?

Slide 23 - Question ouverte

Waarom zouden we biobrandstoffen gebruiken?

Slide 24 - Question ouverte

Biobrandstof koolstofkringloop

Slide 25 - Diapositive

Aan de slag
De vragen die ik tijdens de uitleg heb gesteld zijn vergelijkbare vragen met in het boek. Denk goed na over de antwoorden die we hebben besproken.

Huiswerk:
5.3: 1 t/m 5 en 7

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Lien

Wat is het verschil tussen het broeikaseffect?

Slide 28 - Question ouverte

Wat wordt bedoelt met de koolstofkringloop?

Slide 29 - Question ouverte

Het versterkte broeikaseffect zorgt voor de afkoeling van de aarde
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quiz

smog en mist zijn hetzelfde
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Waar komt smog het meest voor?

Slide 32 - Question ouverte