Modalverben
1 / 16
La durée de la leçon est: 60 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Maak een zin met
het werkwoord können.
het werkwoord können.
Slide 5 - Carte mentale
Maak een zin met
het werkwoord dürfen.
het werkwoord dürfen.
Slide 6 - Carte mentale
Maak een zin met
het werkwoord wissen.
het werkwoord wissen.
Slide 7 - Carte mentale
Slide 8 - Diapositive
Maak een zin met
het werkwoord wollen.
het werkwoord wollen.
Slide 9 - Carte mentale
Maak een zin met
het werkwoord mögen.
het werkwoord mögen.
Slide 10 - Carte mentale
Maak een zin met
het werkwoord möchten.
het werkwoord möchten.
Slide 11 - Carte mentale
Slide 12 - Diapositive
Wat is volgens jou het verschil
tussen müssen en sollen?
tussen müssen en sollen?
Slide 13 - Carte mentale
Maak een zin met
het werkwoord müssen.
het werkwoord müssen.
Slide 14 - Carte mentale
Maak een zin met
het werkwoord sollen.
het werkwoord sollen.
