Grammar 3M: Adjectives & adverbs

Grammar 3M:
Adjectives & Adverbs
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Grammar 3M:
Adjectives & Adverbs

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Wat is de adverb van CONSIDERABLE?
A
considerablely
B
considerably

Slide 6 - Quiz

Wat is de adverb van CAREFUL?
A
carefully
B
carefulily
C
carefuly

Slide 7 - Quiz

Wat is de adverb van FAST?
A
fastly
B
fast
C
fastily

Slide 8 - Quiz

Wat is de adverb van PRETTY?
A
prettily
B
prettyly
C
prettly

Slide 9 - Quiz

Wat is de adverb van GOOD?
A
goodly
B
goodily
C
well

Slide 10 - Quiz

Wat is de adverb van BAD?
A
badly
B
badily
C
worse

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Vul de juiste vorm in:
He ... (quick) reads a book

Slide 15 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
Mandy is a ... (pretty) girl.

Slide 16 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
The class is ... (terrible) loud today

Slide 17 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
Max is a ... (good) singer

Slide 18 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
Max sings ... (beautiful)

Slide 19 - Question ouverte

Vul de juiste vorm in:
You look ... (amazing)

Slide 20 - Question ouverte

Spiekbriefje

Een adjective zegt iets over een zelfstandig naamwoord
Een adverb (+ly) zegt iets over een werkwoord, bijvoeglijk naamwoord, bijwoord of hele zin

Slide 21 - Diapositive