De weg vragen

• NT2
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

de weg vragen en begrijpen

Waar is.... ?

1. de conducteur
2. wachten
3. de hoek
4. vragen aan

Je leert .......

.....de weg vragen!

Het begin

Mag ik je iets vragen?

                                                                             

Mag ik u iets vragen?

En dan?

Waar is ............      ?

Je begrijpt het antwoord niet.
Wat vraag je?

Wat zeg je na het gesprek?

rechtdoor

de hoek om

links

naar links = linksaf

rechts

naar rechts = rechtsaf

einde van de weg

Dit is  ....

1. een mevrouw
2. rechtdoor
3. het station
4. de trein

Zij loopt eerst naar .....

1. linksaf
2. rechtdoor
3. aan het eind
4. rechts

Daarna loopt zij ....

1. linksaf
2. rechtdoor
3. aan het eind
4. rechtsaf

Aan ........ is het station.

1. het eind
2. het begin
3. rechtdoor
4. rechtsaf

vertrekken =

weggaan

Als de trein vertrekt, dan .....

1. komt hij aan
2. gaat hij weg
3. wacht hij
4. blijft hij

arriveren =

hier komen =

aankomen

Als de trein aankomt, dan....

1. gaat hij weg
2. zie je hem niet
3. arriveert hij
4. moet je wachten

Het treinstation

het perron

het spoor

het busstation

de bushalte

de weg/ de busbaan

uitstappen

instappen

wordwall.net

Waar is de bus?

1. op straat
2. op de busbaan
3. bij de bushalte
4. in de stad

1. instappen
2. uitstappen
3. bushalte
4. staan

Wat doet zij?

1. dansen
2. wachten
3. lopen
4. vragen

wat is dit?

1. de bus
2. rechtdoor
3. de hoek
4. de busbaan

Schrijf de nieuwe woorden !

Ik heb veel geleerd!

😒🙁😐🙂😃