Oefentoets Koude Oorlog en Europa

Je staat op het punt om te beginnen aan de oefentoets voor mens een maatschappij. 

Onderwerp: De Koude oorlog en Europa

Heel veel succes met de oefentoets. 


1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Je staat op het punt om te beginnen aan de oefentoets voor mens een maatschappij. 

Onderwerp: De Koude oorlog en Europa

Heel veel succes met de oefentoets. 


Slide 1 - Diapositive

Waarom is Groot- Brittanie uit de EU gegaan?

Slide 2 - Question ouverte

Leg uit wat een referendum is.

Slide 3 - Question ouverte

Uit hoeveel lidstaten bestaat de EU anno 2020?
A
26
B
27
C
28
D
29

Slide 4 - Quiz

Welke instantie was er als eerste?
A
EEG
B
EU
C
EGKS
D
ES

Slide 5 - Quiz

Waar staat de afkorting EGKS voor?

Slide 6 - Question ouverte

Noem twee redenen waarom de EU ging samenwerken rond 1952.

Slide 7 - Question ouverte

De Europese Raad
A
Bestaat uit alle ministers
B
Bestaat uit alle regeringsleider van de EU
C
Bestaat uit alle regeringsleiders van de VN
D
Bestaat uit alle staatssecretarissen

Slide 8 - Quiz

De Europese Raad bepaalt waar de EU zich mee moet bemoeien.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Om de .....jaar wordt het Europees Parlement gekozen.
A
3
B
4
C
5
D
6

Slide 10 - Quiz

Alle regeringsleiders
EU-top
Dagelijks bestuur van de EU
Voert wetten uit
Eurocommissaris
Controleert of of de lidstaten zich aan de wet houden
Samenstelling verandert vaak: telkens andere ministers
Stemt voor of tegen de regels van Europese Commissie
Elke vijf jaar gekozen
Beslist mee met wetgeving/ controleert EC
751 leden

Slide 11 - Question de remorquage

Wat is de Marshallhulp?
A
Hulp aan arme kinderen in Afrika
B
Hulp van de VS aan Europa na de 2e wereldoorlog.
C
Hulp voor militairen
D
Hulp voor de SU tijdens de Koude Oorlog.

Slide 12 - Quiz

Wat betekent de Koude Oorlog?
A
Een oorlog gevoerd in een koude periode
B
Een oorlog waarin veel actie ondernomen wordt
C
Een oorlog waarin weinig actie ondernomen wordt
D
Een oorlog in de winter.

Slide 13 - Quiz

Kapitalisme
A
Westen
B
Oosten

Slide 14 - Quiz

Stalin
A
Westen
B
Oosten

Slide 15 - Quiz

Geen verschil tussen
arm en rijk
A
Westen
B
Oosten

Slide 16 - Quiz

Concurrentie
A
Westen
B
Oosten

Slide 17 - Quiz

Rode leger
A
Westen
B
Oosten

Slide 18 - Quiz

Wie bepaalt dat er een grens komt in Europa? Oftewel het IJzeren Gordijn?
A
De VS
B
Sovjet-Unie
C
Duitsland
D
Frankrijk

Slide 19 - Quiz

In welk jaar viel de Berlijnse Muur?
A
1985
B
1986
C
1988
D
1989

Slide 20 - Quiz

Hoe werd West Duitsland ook wel genoemd?
A
DDR
B
BDR
C
BRD
D
DRD

Slide 21 - Quiz

Wanneer werd de Muur gebouwd?
A
1948
B
1963
C
1961
D
1989

Slide 22 - Quiz

De val van de Berlijnse Muur was in
A
1987
B
1988
C
1989
D
1990

Slide 23 - Quiz

Bij welk land hoorde Tsjernobyl in 1986?
A
Oekraïne
B
Sovjet-Unie
C
Rusland
D
Roemenië

Slide 24 - Quiz

Bij welk land hoort Tsjernobyl tegenwoordig?
A
Oekraïne
B
Sovjet-Unie
C
Rusland
D
Polen

Slide 25 - Quiz

In welk jaar brak er een brand uit in de kerncentrale?
A
1985
B
1986
C
1987
D
1988

Slide 26 - Quiz

Langer dan 30 jaar geleden vond de ramp plaats. Kan je er nu wel wonen?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

Hoe lang wachtte de Sovjet-Unie met het daar buiten treden dat er een ramp was gebeurd?
A
Na 1 uur
B
Na 1 dag
C
Na twee dagen
D
Na drie dagen

Slide 28 - Quiz

Einde oefentoets

Slide 29 - Diapositive