M&M Media Blok 4 Jij en de Media

Jij en de media
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Jij en de media

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • Herhaling vorige blok
  • Introductie blok 4
  • Uitleg blok 4
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiten

Slide 2 - Diapositive

Uitleggen dat persvrijheid belangrijk is voor het functioneren van een democratie

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Kennen en kunnen
  • Uitleggen wat de verzorgingsstaat is en hoe die betaald wordt.
  • Vertellen wat de sociale zekerheid is en voorbeelden ervan noemen.
  • Uitleggen dat als de koopkracht van mensen stijgt, de economie groeit.


Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

Verzorgingsstaat
  • De overheid zorgt voor zijn bewoners (van wieg tot het graf)
  • Begon in 1947 door minister Drees met de noodwet voor arme ouderen
  • Na tien jaar werd deze noodwet officieel een wet: Algemene Ouderdomswet (AOW)
  • Start van de verzorgingsstaat, de overheid zorgt voor mensen die niet genoeg geld hebben om voor zichzelf te zorgen

Slide 7 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Geld voor uitkeringen krijgt de overheid op 2 manieren: Belastingen en premies.
Belasting betalen we over alles wat we kopen en over ons loon.
Premies betaal je voor volksverzekeringen als je werkt.
De werkende zorgen voor de werklozen, maar ook voor jezelf

Slide 8 - Diapositive

Verzorgingsstaat

Slide 9 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Nederland is een verzorgingsstaat.

Wat betekent dit?
Hoe is dit te zien in Nederland?

Slide 10 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Uitkering als je werkloos wordt

Uitkering als je niet meer kan werken

Algemene Ouderdomswet (AOW)

Slide 11 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Uitkering als je werkloos wordt

Uitkering als je niet meer kan werken

Algemene Ouderdomswet (AOW)

Slide 12 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Deze uitkeringen en de AOW worden betaald door:

Slide 13 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Deze uitkeringen en de AOW worden betaald door:

Belastingen over je loon
Belasting over dingen die je koopt
Volksverzekeringen die je betaalt
als je werkt

Slide 14 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Brutoloon?

Nettoloon?

Wat zijn dit voor dingen?

Slide 15 - Diapositive

Verzorgingsstaat
Het brutoloon is het inkomen dat de werkgever aan jou betaalt.

Hier moet nog belasting af.
Die betaal jij.

Het nettoloon is het inkomen
dat je krijgt na belastingen.

Slide 16 - Diapositive

Koopkracht

Slide 17 - Diapositive

Koopkracht
Wat is koopkracht?
Waar heeft dit mee te maken?

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Koopkracht
Koopkracht -> De hoeveelheid producten die je kunt kopen

Je koopkracht hangt af van:
- je inkomen: hoe hoger je inkomen, hoe groter je koopkracht.
- de prijzen van producten: hoe hoger de prijzen, hoe kleiner je koopkracht.

Slide 20 - Diapositive

Jongerenculturen
Jongerenculturen zijn ontstaan in de jaren 60 van de vorige eeuw:

  1. kwam er meer welvaart. 
  2. kregen jongeren meer vrije tijd.
  3. wilden jongeren zich afzetten tegen hun ouders.

Slide 21 - Diapositive

Jongerencultuur
  • Jongeren gingen zich anders gedragen
  • Jongeren gingen zich anders kleden
  • Ze wilden de maatschappij veranderen
  • Hippies

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Ongelijkheid was groot
Getrouwe vrouwen mochten niet werken, dit veranderde pas in 1956.
Brutoloon van vrouwen was lager wel lager
Vrouwen met kinderen werden ontslagen

Nu nog steeds verschillen in salarissen tussen mannen en vrouwen

Slide 27 - Diapositive

Ongelijkheid was groot
Feministen

Slide 28 - Diapositive

Ongelijkheid was groot
Feministen

Waar heeft dit woord mee te maken?

Waarom past dit woord bij de uitleg van vandaag?

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo

Slide 32 - Vidéo

Consumptiemaatschappij
Rond 1960 ontstond er een consumptiemaatschappij.

Slide 33 - Diapositive

Consumptiemaatschappij
Rond 1960 ontstond er een consumptiemaatschappij.

Dit betekent dat mensen steeds meer spullen kopen.
Dit kon ontstaan doordat de lonen stegen.

Jongeren waren hier tegen omdat ze het slecht voor het milieu vonden.

Slide 34 - Diapositive