Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Veterinaire apotheek
pijnstilling - analgetica
Slide 1 - Diapositive
Korte herhaling van voor de vakantie!
Slide 2 - Diapositive
Welke 2 wetten zijn het belangrijkste mbt de veterinaire apotheek?
Slide 3 - Carte mentale
Bij Metacam voor paarden, kan de dierenarts het medicijn na een visite afgeven of hij kan een recept uitschrijven en de eigenaar het bij een verkooppunt zelf laten kopen. De kanalisatiestatus is dus:
A
Vrij
B
ura
C
uda
D
udd
Slide 4 - Quiz
Clavubactin is een oraal antibioticum voor honden en katten. Een dierenarts kan deze na een consult voorschrijven en meegeven. De eigenaar kan de tabletten dan zelf thuis toedienen. De kanalisatiestatus van clavubactin is:
A
vrij
B
ura
C
uda
D
udd
Slide 5 - Quiz
Welk antiparasiticum kun je voorschrijven tegen hartworm?
A
Stronghold (selamectine)
B
Advantix (imidacloprid + permethrin)
C
Bravecto (fluralaner)
D
Advantage (imidacloprid)
Slide 6 - Quiz
Sleep de verschillende toedieningswijzen in de juist categorie.
Systemisch
Lokaal
Oogzalf
intramusculair
oraal
rectaal
Wassing (bijv. Malaseb)
subcutaan
intra-articulair
Intra-mammair
Slide 7 - Question de remorquage
Sleep de verschillende toedieningswijze in de juiste categorie.
enteraal
parenteraal
Oraal
Rectaal
Intramusculair
subcutaan
intraveneus
per os
Slide 8 - Question de remorquage
Bij het bepalen van de dosering van een diergeneesmiddel moet er met verschillende factoren rekening worden gehouden. In ieder geval moet er voor gezorgd worden dat de concentratie in het bloed boven de
zit.
Om ernstige bijwerkingen te voorkomen moet de concentratie wel onder de blijven.
Gelukkig is het verschil tussen bovenstaande waarden bij de meeste diergeneesmiddelen groot. De meeste diergeneesmiddelen hebben een brede
Het doseringsinterval is vooral afhankelijk van de
MEC
Halfwaardetijd
Therapeutische index
MTC
Slide 9 - Question de remorquage
Veterinaire apotheek
pijnstilling - analgetica
Slide 10 - Diapositive
Welke pijnstiller wordt bij je stagepraktijk het meest gebruikt?
Slide 11 - Carte mentale
Wanneer en waarom wordt er van deze standaard afgeweken?
Slide 12 - Question ouverte
Analgetica
Non-Opioïde analgetica
Werken in het lichaam (op plek van de pijn)
opioïde analgetica
Werken op het centraal zenuwstelsel (verminderen de waarneming van de pijn)