Examentraining Schrijven 2F, 5e bijeenkomst

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Wat staat er op de planning?

Gisteren ..... jij me maar wat op de mouw. (spelden)

1. speld
2. speldt
3. speldde
4. speldte

De opnieuw ..... stoel staat hier erg mooi. (bekleden)

1. beklede
2. bekleedde

Gisteren ...... ik mijn vakantiefoto's met Fotoshop. (vergroten)

1. vergroot
2. vergrootte
3. vergroote
4. vergrootten

Hun hebben ...?

Je kunt nooit een zin met hun (gevolgd door een werkwoord) beginnen. 

Hierna volgt een filmpje met een supereenvoudige uitleg.

.

____ hebben een hond.

1. Hun
2. Hen
3. Zij

Zijn ..... het hier niet mee eens?

1. Hun
2. Zij
3. Hen

Extra aandacht voor

Hoofletters en leestekens

Welke zin is juist?
Let op de leestekens

1. ik kom niet naar school omdat ik ziek ben
2. Ik kom niet naar school omdat, ik ziek ben
3. Ik kom niet naar school, omdat ik ziek ben.
4. Ik kom niet naar school omdat ik ziek ben

In welke zin kloppen de leestekens niet?

1. Ik haal morgen wel boodschappen en bloemen.
2. In mijn auto heb ik nog wel wat brood, drinken en fruit.
3. Hoe komt het dat je de toets zo slecht gemaakt hebt?
4. Hij gaat niet dus, moet zijn zusje het maar doen.

Nieuwe theorie

Zie je de fout?

Ook moet je tevens op je BPV-plek zijn.

Wat moet je VANDAAG doen?

De opdracht VERSLAG 2

Je hebt hiervoor twee bijeenkomsten de tijd: Schrijf een VERSLAG met 

behulp van een 

schrijfplan.

Je krijgt het materiaal

van je docent.