Via Vervolg thema 1 hoofdstuk 7 omgaan met druk en tegenslag

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 4

Nederlands

thema 1 hoofdstuk 7

Omgaan met druk en tegenslag.

Inhoud van de les

Terugblik naar de vorige les

Voorkennis activeren

Instructie / inoefening

Leerdoel: je leert het verschil tussen druk en tegenslag

Zelfstandige verwerking

Afsluiten/ evalueren

Doelen deze les

• Je  kent de vaardigheid: omgaan met druk en tegenslag
• Je kent het verschil tussen druk en tegenslag
• Je kan een mening geven 
  
• Je houdt je aan de regels van een klassen gesprek

Druk en tegenslag

Het omgaan met druk en tegenslag is een belangrijke vaardigheid

Waar denk jij aan bij druk?

Druk 

Druk betekent dat er iets van je verwacht wordt terwijl je het gevoel hebt niet aan die verwachting te kunnen voldoen.

Voorbeeld van druk

Glenn heeft een drukke week gehad: school stage werken en voetballen. Vandaag heeft hij een proefwerk lassen. Hij moet een voldoende halen want hij wil graag slagen.

Waar denk jij aan bij tegenslag?

Tegenslag

Tegenslag betekent dat de dingen niet altijd gaan zoals jij wilt dat ze gaan

Voorbeeld van tegenslag

Glenn krijgt een rode kaart tijdens het voetballen. Hij is het er niet mee eens. Hij gaat in discussie met de scheidsrechter. Deze stuurt hem van het veld. Wat een tegenslag.

Druk of tegenslag?

druk of tegenslag?

Mayra Kroonen
Druk of tegenslag en waarom?

Sven Kramer
Druk of tegenslag en waarom?

Sociale media en druk

0

Maken 

Opdrachten 2,3,4 

Bladzijde 89/90

Klaar? Maak de zelftest in Classroom.