Klas 3: 2.3 Duitsland van democratie naar dictatuur

Programma
  • Snel leerdoelen bespreken
  • Korte histoclip
  • Quizzztime 
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Programma
  • Snel leerdoelen bespreken
  • Korte histoclip
  • Quizzztime 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Wie waren géén vijanden van de Republiek van Weimar?

A
Sociaal-Democraten
B
Communisten
C
Conservatieve elite + leger
D
Extreem rechtse groepen

Slide 3 - Quiz

Wat is het onderwerp van de afbeelding links? (één woord)

Slide 4 - Question ouverte

Welk land koesterde de meeste wrok tegen Duitsland na WOI, was het meest rancuneus?
A
Italië
B
Groot-Brittannië
C
Frankrijk
D
De VS

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

Welk "plan" hoorde bij de afbeelding op de vorige slide?
In welke jaar vindt deze gebeurtenis plaats?

Slide 7 - Question ouverte

Er speelden meerdere factoren een rol in de opkomst van Hitler en zijn partij: de NSDAP. 

Interne factoren zijn factoren die door Hitler en de NSDAP zelf worden veroorzaakt of opgezet.
 Externe factoren zijn factoren waar Hitler en de NSDAP geen actieve rol in spelen. 

Slide 8 - Diapositive

interne factoren in de opkomst van Hitler en de NSDAP
externe factoren in de opkomst van Hitler
effectieve propagandatechnieken
Hitler kon goed speechen
Intimidatie door de SA
Grote werkeloosheid
weinig vertrouwen in de democratie
De economische wereldcrisis
Bevolkingsgroepen zijn zondebok
beloftes van werkgelegenheid
woede over Verdrag van Versailles

Slide 9 - Question de remorquage

Noem zo veel mogelijk kenmerken van het nationaal socialisme

Slide 10 - Carte mentale

Welke politieke beweging gaf Hitler de schuld van Rijksdagbrand?

Slide 11 - Question ouverte

Symbolen
Voor welke 3 politieke stromingen staan de drie symbolen waar de speren op gericht zijn?

Slide 12 - Diapositive

Hoe kreeg Hitler alle macht in handen?
A
Hij won de verkiezingen met een meerderheid
B
Hij liet de SA de Rijksdag bestormen
C
De Rijksdag stemde in met een 'machtigingswet'
D
Na de Rijksdagbrand werd de noodtoestand uitgeroepen en werd hij tot Rijkskanselier benoemd

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Diapositive