6.2 Mechanische energiesoorten

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Deze les

Planning:

- Afronden 6.1 en opstart 6.2.

- Werkblad afmaken (achterkant)

- Deel van het HW.

Leerdoelen:

- Energiesoorten welke zijn er en het rekenen hiermee.

Schansspringen

Welke s verricht arbeid? 

Welke situatie verricht Fz meeste arbeid  

arbeid uit een F,s diagram

hoe bepaal je de arbeid??

Arbeid als de kracht niet constant is: oppervlakte onder F,s-diagram bepalen

Aantekeningen

Deze Les

- Uitleg energie soorten.

- Oefenen met een aantal korte opdrachtjes / werkblad afmaken!

Leerdoelen:

- Afleiden van formules!

- Rekenen met energiesoorten!

Zwaarte-energie: groot-> klein

 Kinetische energie: groot-> klein

Rangschik de kinetische energie van groot naar klein

Kinetische energie: groot -> klein

Veerenergie

a. Bereken de arbeid die nodig is 

om de veer 6,0 cm uit te rekken.

b. Leid af dat de veerenergie gelijk

is aan: 

E​veer​​=​2​​1​​⋅C⋅u​2​​

Exit Ticket, deze moeten in je schrift staan!

1. We schieten een propje papier weg (m = 2,0 g), de verrichte       arbeid is gelijk aan 0,012 J.  Bereken de snelheid met behulp van de WAK. 

2. We laten een balletje van 3,5 meter hoogte vallen (m = 50 g), bereken de snelheid als hij de grond raakt, alle zwaarte energie wordt omgezet in bewegingsenergie.

3. Zelfde als bij vraag 2 maar nu voor een bal van 5,0 kg.  Wat is je conclusie?

4. Je werkblad moet  ook af!. 

Het licht wordt door een zwarte muur geabsorbeerd.